Waarom heeft Allah het toegestaan dat de Bijbel verdraaid en veranderd werd, terwijl Hij in staat is het te bewaren en te beschermen hiertegen? Wat zijn de geloofsovertuigingen die de moslims volgden voor de komst van de profeet Mohammed (Allah’s vrede en zegen zij met hem)? Moge Allah jullie rijkelijk belonen.
Alle lof is voor Allah.
Allereerst:
Allah heeft de bescherming en bewaring van de Thora en Evangelie toevertrouwd aan hun geleerden en monniken, Allah (de Verhevene) zegt: “Voorwaar, Wij hebben de Thora neergezonden met daarin leiding en licht. De profeten, die zich (aan Allah) overgegeven hadden, oordeelden ermee over de Joden. En de rabbijnen en de schriftgeleerden (oordeelden ook), met behulp van hetgeen hun van de schrift van Allah was toevertrouwd en zij waren daar getuigen van.” (Soerat al-Maa-iedah (5) aayah 44). Allah heeft het niet op Zich genomen deze Boeken (de Thora en Evangelie) te bewaren en te beschermen zoals Hij dit wel heeft gedaan bij de Qor-aan. Hierin zijn een aantal wijsheden, waaronder:
1. Allah wil dat de Heilige Qor-aan het eeuwige authentieke Boek blijft, en de geldige wet tot aan de Dag der Opstanding. Allah (de Verhevene) zegt: “En Wij hebben aan jou het Boek (de Qor-aan) met de Waarheid neergezonden, ter bevestiging van de Schrift die eraan vooraf ging en ter bescherming.” (Soerat al-Maa-iedah (5) aayah 48). Er was geen noodzaak om de vorige Boeken te beschermen en eeuwig geldig te laten zijn, en in bijzonder dat het tijdperk van de Qor-aan dicht bij het tijdperk van het Evangelie is, dit is ongeveer zeshonderd jaar.
2. Als een test en beproeving voor degenen aan wie het Boek is gegeven, zullen zij de nobele taak op zich nemen om de Boeken die tot hen zijn neergedaald te beschermen? Zullen zij in alles geloven wat erin gekomen is? Zullen zij de ongeletterde profeet waarover bij hen, in de Thora en in de Evangelie, geschreven is volgen? Of zullen zij volharden in hun koppigheid waardoor zij gaan verdraaien, veranderen, verbergen en vervalsen?!
3. Het is ook een test voor alle aanhangers van het christendom tot de Dag der Opstanding, ze zien dat hun boek waarin zij geloven niet vrij is van vervormingen of twijfels en vervalsingen. Ze zien ook het Boek van de zegel van de profeten Mohammed (Allah’s vrede en zegen zij met hem) origineel en onveranderd is gebleven, beschermd tussen mensenhanden waaraan niemand twijfelt. Dit zou hen aanmanen hierin te geloven in het glasheldere en duidelijke Boek van de Waarheid: de Heilige Qor-aan.
Ten tweede:
De mensen in de tijd van Djaahiliyyah voor de komst van de profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) hingen het polytheïsme en afgoderij aan, en de meeste onder hen hadden geen religie die zij volgden, en ook geen religieuze wetgeving, behalve een paar die de wetgeving van ‘Iesaa volgden zoals Waraqah ibn Nawfal. Er waren ook sommigen die de rechtgeleide religie van Ibraahiem volgden, die afgoden, polytheïsme, alcohol en onzedelijkheid verwierpen en zich onderwierpen aan Allah de Heer der werelden zoals Zayd ibn ‘Amr ibn Noefayl. In Sah’ieh’ al-Boekhaarie (3614) is gekomen dat hij zei tegen de ongelovigen van Qoeraysh: “Ik eet niet dat wat jullie hebben geslacht in naam van jullie afgoden, ik eet alleen datgene waarover de Naam van Allah genoemd is!!” Hij zei ook tegen hen: “O mensen van de Qoeraysh! Bij Allah, er is buiten mij niemand van jullie op de religie van Ibraahiem.” Hij beschermde ook de meisjes die levend begraven werden. Hij zei tegen de man die zijn dochter levend wilde begraven: “Dood haar niet! Ik zal haar onderhouden.” Hij nam dan dit jonge meisje en wanneer zij groter werd zei hij tegen haar vader: “Als je wilt neem haar, en als je niet wilt dan zal ik doorgaan met het onderhouden van haar.” Overgeleverd door al-Boekhaarie (3616) .
En Allah weet het beste
Bron: Sheikh Mohammed Saalih' al-Moenadjied.