Last van influisteringen tijdens de Woedhoe-e
Ik heb last van influisteringen (weswees) tijdens het verrichten van de Woedhoe-e, en met de genade van Allah span ik mij in om de Shaytaan te bestrijden. Ik heb een vraag, geëerde Sheikh: ibn Moebaarak zei dat degene die getroffen wordt door Wiswaas tijdens zijn Woedhoe-e hij zijn handeling niet dient te herhalen totdat hij zeker weet dat hij er zelf over kan zweren dat hij de Woedhoe-e niet verbroken heeft. Als ik getroffen wordt door de Wiswaas sta ik een moment stil bij mijzelf en zeg tegen mijzelf: "Ik ben in staat van Woedhoe-e en de verbreking ervan is een twijfel. Ik vraag mijzelf: Kan ik zweren dat mijn Woedhoe-e verbroken is?" Ik kan dit echter niet, want ik wil niet hierover zweren, maar ik zeg tegen mijzelf: kan ik zweren of niet? Ik zweer niet, maar ik neem deze vraag die ik mijzelf stel als een basisregel voor mijzelf zodat ik de Wiswaas kan vermijden. Deze manier -en alle lof is voor Allah- helpt mij veel en is een geslaagde manier. Geëerde Sheikh, is deze manier wat ik doe goed en rechtsgeldig?
Alle lof is voor Allah.
Degene die getroffen wordt door Weswees in reinheid en anderen zaken dient er geen aandacht aan te besteden. Hij dient niet af te wijken van de zekerheid van reinheid door twijfel.
Het is overgeleverd dat "Abdoellaah Ibn Zayd (moge Allah tevreden zijn over hem) zei: "Een man klaagde bij de profeet (Allah's vrede en zegen zij met hem) dat hij tijdens zijn gebed alsof hij iets voelde (windje) tijdens zijn gebed. Dient hij het gebed te onderbreken? De profeet (Allah's vrede en zegen zij met hem) zei: "Nee, totdat een geluid gehoord wordt of een geur geroken wordt." Overgeleverd door al-Boekhaarie (2056) en Moeslim (361).
An-Nawawi (moge Allah hem genadig zijn) zei: "Deze overlevering is een van de fundamenten van de Islaam en een belangrijk principe van de jurisprudentie, en dat is dat de dingen blijven zoals zij zijn totdat men (100%) zeker weet dat dit niet meer het geval is. Twijfel heeft dan geen enkele invloed meer." Einde citaat. Sharh' Sah'ieh' Moeslim (4/49).
Sheikh Ibn 'Oethaymien (moge Allah hem genadig zijn) zei: "Deze overlevering waarmee wij bericht zijn door de boodschapper van Allah (Allah's vrede en zegen zij met hem) wordt beschouwd als een van de belangrijkste stelregels en principes, namelijk dat de onzekerheid niet verdwijnt door twijfel en dat dingen blijven zoals zij zijn. Zolang de reinheid van oorsprong aanwezig is en men er zeker van is, dan kan dit niet opgeheven worden totdat het tegendeel bewezen is. Deze overlevering is een gemak en rust voor de ziel van de mens aangezien hij dan ver weg uit de buurt van het gefluister en vermoedens blijft. Door deze overlevering toe te passen blijft de mens weg van twijfel en vermoedens en bouwt hij zijn zaken op wat zeker is en dat is: reinheid." Einde citaat. Fataawa Noor 'ala ad-Derb (119/56)
Sheikh al-Islaam Ibn Taymiyyah (moge Allah hem genadig zijn) werd gevraagd over de kwestie als iemand zijn Woedhoe-e verricht heeft en hij voelt "druppels' tijdens zijn gebed. Maakt dit het gebed ongeldig of niet?
Hij antwoordde: "Alleen maar het voelen van druppels is niet verbrekend voor de Woedhoe-e, en het is niet toegestaan een verplichte gebed te verlaten door alleen twijfel en onzekerheid. Maar wanneer hij zeker is van urine die het geslachtsdeel verlaten heeft, dan is zijn Woedhoe-e ongeldig en is hij verplicht om zijn geslachtsdeel te wassen. Behalve als hij lijdt aan urine-incontinentie, dan is het gebed niet ongeldig als hij de nodige voorzorgsmaatregelen voor dit heeft getroffen." Einde citaat. Madjmoo' al-Fataawa 21-219,220.
De geleerden van het permanent comité voor het uitvaardigen van Fataawa zeiden: "Als een persoon zijn Woedhoe-e heeft en twijfelt aan zijn reinheid, dan heeft deze twijfel en vermoeden geen invloed op zijn Woedhoe-e die hij eerder heeft verricht." Fataawa van het permanent comité (5/281)
Sheikh Ibn Baaz (moge Allah hem genadig zijn) zei: "Het is niet gepast voor de gelovige aandacht te besteden aan dit gefluister en influisteringen (van de Shaytaan), want dit wordt aangemoedigd door de Shaytaan. De Shaytaan is erop gebrand om het werk van de zonen van Adam, van gebed, en ander aanbiddingvormen te bederven. De gelovige dienaar op zijn hoede te zijn op de influisteringen van de Shayaateen en volledig te vertrouwen op Allah. De dienaar dient ervan uit te gaan dat de influisteringen afkomstig zijn van de Shaytaan, zodat hij hier geen aandacht aan schenkt. Wanneer er iets zijn geslachtsdeel verlaat zonder enige twijfel hierin, dan dient hij opnieuw zijn geslachtsdeel (Istindjaa-e) te wassen en hierna de Woedhoe-e te verrichten. Maar zolang er twijfel is, zelfs al is het weinig, dan dient hij hieraan geen aandacht aan te besteden; uitgaande van de oorsprong en dat is reinheid, en de Shaytaan bestrijdend." Einde citaat. Fataawa Ibn Baaz (10/123).
Sheikh Saalih al-Fawzaan (moge Allah hem beschermen) werd gevraagd: Als iemand zijn Woedhoe-e zeker heeft verricht en daarna gaat twijfelen aan zijn Woedhoe-e tijdens zijn gebed of erna. Wat moet hij doen?
Hij antwoordde: "Als de persoon zijn Woedhoe-e volledig heeft verricht en daarna begint te twijfelen hieraan: is zijn Woedhoe-e verbroken of niet? Hij dient hier niet naar om te kijken en aandacht aan te besteden, omdat hij met zekerheid zijn Woedhoe-e heeft en zekerheid wordt niet nietig verklaard door twijfel. "Einde citaat. Fataawa Fawzaan (79/9).
Aboe "Iesaa at-Tirmidzie (moge Allah hem genadig zijn) zei in zijn boek al-Djaami' (1/127): 'Abdoellaah ibn Al-Moebaarak zei: "Als iemand twijfelt aan de verbreking van zijn Woedhoe-e, dan is het voor hem niet verplicht de Woedhoe-e te herhalen totdat hij zeker weet dat hij zijn Woedhoe-e verbroken heeft, zodanig dat hij in staat is hiervoor een eed af te leggen." Einde citaat.
Dit is een verklaring van de eerdere betekenis en dat is dat men geen aandacht dient te besteden aan twijfels en vermoedens, hoe sterk deze vermoedens en twijfels ook moge zijn totdat hij zeker is van zijn zaak..
Dit is vergelijkbaar met wat er gezegd is door imaam ibn al-Djawzie (moge Allah hem genadig zijn) in zijn boek "al-Adkiyaa-e" (blz. 30): "Een man kwam naar Aboe H'aazim en zei tegen hem: "De Shaytaan komt naar mij en fluister bij mij: je bent van je vrouw gescheiden en hij laat mij twijfelen!" Aboe H'aazim zei tegen hem: "Je bent toch van haar gescheiden?!" De man antwoordde ontkennend. Aboe H'aazim zei weer: "Was het niet zo dat je gisteren naar mij bent gekomen en tegen je vrouw bij mij de scheiding hebt uitgesproken?!" Hij antwoordde: "Bij Allah, ik ben alleen maar vandaag naar u gekomen! Ik heb in geen geval de scheiding over haar uitgesproken!" Aboe H'aazim zei (adviserend) tegen hem: "Zweer ook bij de Shaytaan zoals je bij mij gezworen hebt, en je bent veilig (tegen zijn influisteringen)!" Einde citaat.
Conclusie:
Wie zeker is van zijn reinheid (Woedhoe-e) en twijfelt aan de verbreking ervan dient uit te gaan van de zekerheid en dat is reinheid en geen aandacht te besteden aan deze onzekerheid.
En Allah weet het beste.
Bron: Sheikh Mohammed Saalih' al-Moenaddjid (moge Allah hem behouden).
