Dient er eerst gebeden te worden bij het verbreken van het vasten of eerst met het eten?
“Hoe dient een moslim zijn vasten te verbreken? Omdat veel mensen bezig zijn met eten totdat de tijd van het Magreb aan zijn einde is. En als je hen hierover vraagt dan zeggen zij: “Er is geen gebed bij de aanwezigheid van voedsel”. Is het toegestaan om deze uitspraak als argument te nemen, omdat de tijd van het Magreb gebed kort is? Wat moet ik doen? Is het goed om met dadels het vasten te verbreken en dan het Magreb gebed bidden, en daarna mijn maaltijd te voltooien? Of kan ik mijn maaltijd helemaal voltooien en dan het Maghreb gebed te bidden?”
Alle lof is voor Allah.
De Soennah is dat de vastende snel zijn vasten verbreekt en het niet uit te stellen wanneer men zeker weet dat de zon ondergegaan is uitgaande van de overlevering: “De mensen bevinden zich op het goede zolang zij het verbreken van het vasten versnellen.” Het beste voor de vastende is om zijn vasten met dadels te verbreken en vervolgens te bidden en zijn maaltijd uit te stellen tot na het Magreb gebed zodat hij verenigd tussen het versnellen van het verbreken van zijn vasten en het bidden van het Magreb gebed op de eerst tijd ervan in gemeenschap naar het voorbeeld van de boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem).
Wat betreft de overlevering: “Er is geen gebed wanneer er een maaltijd aanwezig is, en ook niet wanneer de behoefte (te toiletteren) onderdrukt wordt” en de overlevering: “Wanneer het avondgebed aanvangt en het ‘Ieshaa gebed, geef dan voorrang aan het avondeten”; de betekenis hiervan is als volgt: wanneer eten wordt opgediend of de maaltijd aanwezig is dan dient hij eerst te beginnen met de maaltijd voordat hij aan het gebed begint zodat zijn hart niet meer bezig is met het uitkijken naar de maaltijd. Hij bidt dan met een hart dat nederig is. Maar het is hem niet geoorloofd om een maaltijd te vragen voor een gebed begint, wanneer dit het verliezen van het bidden in gemeenschap inhoudt.
En Allah is Degene die leidt naar succes, en de vrede en zegeningen met de boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem), zijn familie en zijn metgezellen. Einde citaat.
Sheikh Abdulaziz ibn Baaz, Sheikh Abdulaziz aal-Sheikh, Sheikh Abdullah ibn Ghadyaan, Sheikh Saalih al-Fawzaan en Sheikh Bakr Aboe Zaid.
"Het permanente comité voor wetenschappelijk onderzoek en Fataawa” (9/32).
