Wat zijn de fundamenten van Ahloe s-Soennah wa l-Djamaa'ah in de ''Aqiedah?
Wat zijn de fundamenten (oesoel) van Ahloe s-Soennah wa l-Djamaa'ah in de "Aqiedah (geloofsleer) en andere zaken van de religie?
Sheikh Moh'ammed Ibn Saalih' al-"Oethaymien heeft hierover het volgende gezegd:
De grondregel van Ahloe s-Soennah wa l-Djamaa'ah aangaande geloofsovertuigingen en andere zaken van de religie, is het volledig vasthouden aan het Boek van Allah (Allah's vrede en zegen zij met hem) en de Soennah van Zijn boodschapper (Allah's vrede en zegen zij met hem) alsook hetgeen waar de rechtgeleide khaliefen zich op bevonden betreffende leiding en Soennah – in overeenstemming met de Uitspraak van Allah de Verhevene: "Zeg (O Moh'ammed): "Als jullie van Allah houden, volg mij dan: Allah zal van jullie houden..." (Soerat Aal-"Imraan (3), aayah 31)
En Zijn Uitspraak, Verheven is Hij: "Wie de boodschapper gehoorzaamt, hij gehoorzaamt Allah. En wie zich afkeert: Wij hebben jou niet als toezichthouder naar hen gezonden." (Soerat An-Nisaa-e (4), aayah 80).
En Allah (de Verhevene) zegt ook: "En wat de boodschapper jullie geeft, neem dat; maar wat Hij jullie verbiedt, onthoudt jullie daarvan..." (Soerat Al-H'ashr (59), aayah 7).
En dit (Vers), ook al is het (geopenbaard) betreffende de verdeling van de oorlogsbuit, heeft ook voorrang om te gelden in de zaken van de Shari'ah (Islamitische wetgeving). En omdat de profeet (Allah's vrede en zegen zij met hem) gewoon was de mensen een preek te geven op vrijdag en dan te zeggen: "Voorts: voorwaar, de beste spraak is het boek van Allah en de beste leiding is de leiding van Moh'ammed, en de slechtste zaken zijn de vernieuwingen. En iedere vernieuwing is een bid'ah (innovatie), en iedere bid'ah is een dwaling, en iedere dwaling is in het Hellevuur." (Overgeleverd door Moesliem in het Boek van Al-Djoemoe'ah, in het Hoofdstuk: het verkorten van het Gebed en de Preek (867) (43)).
En de profeet (Allah's vrede en zegen zij met hem) heeft ook gezegd: "Houd vast aan mijn Soennah en aan de Soennah van de rechtgeleide khaliefen na mij; houd eraan vast en bijt erop met jullie achterkiezen. En wees gewaarschuwd voor nieuwe toevoegingen, want iedere toevoeging is een bid'ah (innovatie) en iedere bid'ah is een dwaling." (Overgeleverd door Aboe Daawoed in het Boek van de Soennah, in het Hoofdstuk: van de Verplichting van de Soennah (4607)).
De bewijzen hiervoor zijn talrijk; het pad van Ahloe s-Soennah wa l-Djamaa'ah en hun methode is dus het volledig vasthouden aan het Boek van Allah (de Verhevene) en de Soennah van Zijn boodschapper (Allah's vrede en zegen zij met hem) en de Soennah van de rechtgeleide khaliefen (al-khoelafaa-e ar-raashidoen) * na hem. Op deze manier onderhouden zij de religie en raken zij er niet in verdeeld, in gehoorzaamheid aan de Uitspraak van Allah de Verhevene: "Hij heeft jullie de godsdienst uitgelegd: wat Hij heeft opgedragen aan Noeh', en hetgeen Wij aan jou geopenbaard hebben en wat Wij aan Ibraahiem en Moesa en 'Iesa hebben opgedragen: dat jullie de godsdienst onderhouden en dat jullie daarover niet verdeeld raken." (Soerat As-Shoe'araa-e (42), aayah 13)
En ook al zijn er meningsverschillen opgetreden tussen hen, die ontstaan als gevolg van zaken waarin het toegestaan is om idjtihaad ** uit te oefenen, deze meningsverschillen leiden nooit naar verdeeldheid van hun harten (jegens elkaar). In plaats daarvan tref je (wederzijdse) affectie en liefde tussen hen aan ondanks het feit dat deze meningsverschillen tussen hen zijn opgetreden als gevolg van idjtihaad.
En Allah weet het best.
* Khalief of kalief komt van het Arabische woord khalifah = opvolger. Khalief is de titel van de opvolgers van de profeet Moh'ammed (Allah's vrede en zegen zij met hem), de geestelijke en soms ook wereldlijke leiders van de Islaam. De vier rechtgeleide khaliefen zijn Aboe Bakr as-Siddieq, "Oemar ibn al-Khattaab, "Oethmaan ibn "Affaan en "Aliy ibn Abie Taalib (moge Allah tevreden met hen zijn).
** Idjtihaad: dit is het uitoefenen van een onafhankelijk oordeel in zaken aangaande Islamitische jurisprudentie. Het uitoefenen van idjtihaad is enkel weggelegd voor de grote geleerden van de Islaam en is gebonden aan verschillende voorwaarden (onder andere dat er geen idjtihaad uitgeoefend kan worden wanneer er een Islamitisch bewijs uit de Qor-aan en/of authentieke Soennah aanwezig is).
