Vraag & Antwoord

Wanneer was het begin van de Aadzaan?

Ik heb gehoord dat de islamitische Aadzaan voor het gebed al vanaf de periode van de profeet Ibraahiem (vrede zij met hem) was, aangezien Allah (de Verhevene) zegt in Zijn Boek: "En verkondig (Adzin) onder de mensen de H'addj." (Soerat al-H'adj (22) aayah 27) Is dit juist?

Alle lof is voor Allah.

Sommige mensen hebben dit daadwerkelijk beweerd en zeggen: "Er zijn mensen die zeggen dat de Aadzaan * die bekend is bij de profeten vanaf het moment dat Aadam neerdaalde tot de aarde." Sommigen zeggen dat de Aadzaan vanaf de tijd van de profeet Ibraahiem bekend was aangezien zijn Heer tegen hem zegt: "En verkondig onder de mensen de H'addj, zij zullen te voet naar jou komen of op magere kamelen, van elke vergelegen plek." (Soerat al- H'adj (22) aayah 27) Deze opvatting is niet juist.

Wat wel juist is, is dat de instelling van de Aadzaan in de tijdperk van de boodschapper van Allah(Allah´s vrede en zegen zij met hem)was in al-Medinah al-Moenawwarah en niet in Mekkah en ook niet tijdens de nachtreis (al-Israa-e' zoals dit is weergegeven is sommige overleveringen die zwak zijn.

Al-Haafid ibn H'adjar zei: "Het vreemdste wat hierover vermeldt is over het begin van de Aadzaan is wat Aboe Sheikh overleverde met een onbekende keten via "Abdoellaah ibn Zoebayr dat hij zei: "De Aadzaan is genomen van de Aadzaan (verkondiging) van Ibraahiem: "En verkondig onder de mensen de H'addj" hij ("Abdoellaah ibn az-Zoebayr) zei: "De boodschapper van Allah(Allah´s vrede en zegen zij met hem)verkondigde ook onder de mensen." (Zie al-Fet-h' 2/280)

Wat betreft de Aadzaan van Aadam: dit is ook zwak. Ibn H'adjar zei hierover: "Wat Aboe Noe'aym overleverde in al-Hilyah is een overlevering met onbekende keten dat Djibreel de verkondiging van de Aadzaan gaf aan Aadam toen hij uit het Paradijs neerdaalde." (Zie al-Fet-h' 2/280)

Authentieke overleveringen hebben verklaard dat het begin van de Aadzaan begonnen is in de tijd van de boodschapper van Allah (Allah's vrede en zegen zij met hem) in al-Medinah. Hierover zijn er bewijzen:

Op het gezag van Naafi' ibn "Oemar dat hij zei: "Toen de moslims zich vestigden in al-Medinah verzamelden zij zich voor het gebed en er was geen verkondiger die het gebed aankondigde. Op een dag gingen zij hierover praten en sommigen zeiden: "Wij zullen een bel nemen zoals de bel van de christenen", anderen zeiden: "Wij zullen op een trompet blazen als aankondiging zoals de joden dit doen." "Oemar zei: "Zullen jullie niet een man uitsturen die de aankondiging doet voor het gebed?!" De boodschapper van Allah (Allah's vrede en zegen zij met hem) zei: "Sta op o Bilaal! En verkondig de mensen met Aadzaan voor het gebed!" (Overgeleverd door al-Boekhaarie 569)

Op het gezag van "Oemayr ibn Enes: "De boodschapper van Allah(Allah´s vrede en zegen zij met hem)dacht na over hoe hij de mensen kon verzamelen voor het gezamenlijke gebed. Er werd tegen hem gezegd: "Plaats een vlag boven een huis en als mensen dit zien zullen zij elkaar op de hoogte stellen van de aanvang van het gebed." Dit vond hij geen goed idee. Daarna werd voorgesteld om op een trompet te blazen als aankondiging van de tijd van het gebed. Zayaad zei: "De trompet de joden?!" Dit vond de Boodschapper (Allah´s vrede en zegen zij met hem) ook geen goed idee en zei: "De trompet is van de joden." Vervolgens werd voorgesteld om een klok te luiden en hij zei: "Dit is iets van de christenen." "Abdoellah ibn Zayd ibn Abd Rabboeh vertrok en was bezorgt over de zorg van de Boodschapper van Allah(Allah´s vrede en zegen zij met hem). Hij zag de Aadzaan in zijn droom en vertrok naar de boodschapper van Allah(Allah´s vrede en zegen zij met hem)en vertelde hem hierover. Hij zei: "O Boodschapper van Allah, ik bevond mij in een situatie tussen slaap en wakker zijnde toen er iemand kwam en mij berichtte over de Aadzaan." "Oemar had ook deze droom gezien en hield dit twintig dagen voor zich. Daarna berichtte hij de boodschapper van Allah(Allah´s vrede en zegen zij met hem)hierover waarop hij hem vroeg: "Waarom heb je mij niet erover bericht?!" "Oemar zei: "Ik schaamde mij voor Zayd want hij heeft de droom eerder gezien." De profeet (Allah´s vrede en zegen zij met hem) zei: "O Bilaal! Sta op en luister naar datgene waarmee "Abdoellaah ibn Zayd jou opdraagt en luister ernaar en voer het uit."Daarna deed Bilaal de Aadzaan." (Overgeleverd door Aboe Daawoed in zijn Soenen 420)

In een ander overlevering op het gezag van "Abdoelaah Ibn Zayd (moge Allah tevreden met hem zijn): "...in een droom zag ik een man met een klok in zijn hand. Ik zei tegen hem: "O dienaar van Allah! Wil je mij de klok verkopen?! Hij zei: "Wat wil je ermee doen?' Ik zei: "Wij willen de mensen ermee verzamelen voor het gebed.' De man zei: "Zal ik je iets geven wat beter dan dat is?' Ik zei tegen hem: "Jawel'! Hij zei: "Je moet het volgende zeggen: "Allaahoe akbar Allaahoe Akbar, Allaahoe akbar Allaahoe Akbar, Ash-hadoe allaa ilaaha illa Llaah, Allaahoe Akbar, Ash-hadoe allaa ilaaha illa Llaah, Asha-hadoe anna Moh'ammadan Rasoeloe-Llaah, Asha-hadoe anna Moh'ammadan Rasoeloe-Llaah, H'ayya "ala s-Salaat, H'ayya "ala s-Salaat, H'ayya "ala l-Falaah, H'ayya "ala l-Falaah (bij het fadjr gebed: Assalaatoe khayroen mina n-Nawm, Assalaatoe khayroen mina n-Nawm ). Allaahoe Akbar oeAllaahoe Akbar, Laa ilaaha lla-Llaah. Vervolgens ging hij een endje verderop en zei: "Bij de aanvang van het gebed zeg je: "Allaahoe Akbar Allaahoe Akbar, Ash-hadoe allaa Illa-Llaah, Ash-hadoe anna Moh'ammadan Rasoeloe Llaah, H'ayyaa 'ala s-Salaah, H'ayya "ala l-Falaah', Qad Qaamati s-Salaat, Qad Qaamati s-Salaat, Allaahoe Akbar Allaahoe Akbar, Laa ilaaha illa-Llaah.' (Betekenis: Allah is de Grootste. Ik getuig dat er geen god is dan Allah. Ik getuig dat Mohammed de Boodschapper van Allah is. Haast je naar het gebed Haast je naar de voorspoed. Allah is de Grootste. Er is geen god dan Allah).

De volgende ochtend toen ik wakker werd ging ik naar de profeet (Allah´s vrede en zegen zij met hem) en berichte hem over deze droom. Hij zei: "Het is een waarachtige droom in shaa-e Allah (met Allah's Wil)!' Sta op en ga naar Bilaal en geef hetgeen door aan hem wat je gehoord hebt (in je droom), want zijn stem is voller en luider........" (Overgeleverd door Aboe Daawoed 499)

Deze overleveringen duiden erop dat het begin van de Aadzaan in de tijdsperiode van de Boodschapper van Allah (Allah's vrede en zegen zij met hem) in al-Medinah was en niet eerder. Dit is een van de voorrechten van deze natie in vergelijking met de andere naties.

En Allah weet het beste.

Bron: Sheikh Mohammed Saalih al-Moenadjid. Vraagnummer 9476.

* Aadzaan is de bekendmaking van het aanbreken van de tijd van het gebed. Dit wordt gedaan door het uitspreken van speciale woorden, en heeft als doel het oproepen tot het bidden in gemeenschap. De Aadzaan is verplicht (voor de gehele gemeenschap als zij in een stad of dorp wonen en dat er sommigen moeten zijn die de Aadzaan verricht of aanbevolen wanneer iemand alleen is bijvoorbeeld tijden de reis).

 


AL.ISLAAM.COM
Uw mobiele kennisbron over de Islaam

BESCHIKBAAR OP DE VOLGENDE APPARATEN