Een man vroeg mij: “Hoe kan een mens staande zijn voor zijn Heer op de Dag der Opstanding terwijl zijn ledematen zullen praten?! En waarom zijn de twee (schrijf) engelen aangewezen op de schouders van de mens die alles opschrijven? Dan, Allah weet toch de zonden van mensen zonder deze twee engelen?
Alle lof is voor Allah.
Er is geen twijfel dat Allah weet wat de wezens zullen al voordat Hij hen geschapen heeft. Het is overgeleverd door Imaam Moeslim (4797) via 'Abdullah ibn' Amr ibn al-Aas (moge Allah tevreden met hem zijn) die zei: “Ik hoorde de boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zeggen: “Het eerste wat Allah schiep was de pen, waarna Hij tegen hem zei: “Schrijf!" Hij (de pen) zei: “O mijn Heer, wat moet ik schrijven?" Hij (Allah) zei: “Schrijf het lot van alles totdat het Uur (Dag des Oordeels) aanbreekt.”
In een ander overlevering zie de boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem): “Allah schreef het lot van de schepsels vijftigduizend jaar, voordat Hij de hemelen en de aarde schiep.” Overgeleverd door Aboe Daawoed en authentiek verklaard door Sheikh al-Albaanie (moge Allah hem genadig zijn).
Allah heeft de schepping geschapen om Hem alleen te aanbidden. Hij zond boodschappers, en heft Boeken neergedaald met bewijzen en duidelijke verzen; Hij heeft de dienaren geboden opgelegd en zaken verboden; Allah heeft de dienaren gewaarschuwd (voor de Hellevuur) en tegelijkertijd een blijde tijding gegeven (voor het Paradijs). Allah heeft engelen aangesteld die hun daden vastleggen wat zij zeggen en doen; en als de Dag des Oordeels aanbreekt wordt eenieder zijn boek gegeven zoals Allah (de Verhevene) zegt: “En voor ieder mens hebben Wij zijn lotsbestemming aan zijn hals vastgemaakt. En Wij voorzien hem op de Dag der Opstanding van een boek dat bij opengeslagen aantreft. (Er wordt tegen hem gezegd:) "Lees jouw boek." Op deze Dag is jouw eigen ziel voldoende als berekenaar tegen jou.” (Soerat al-Israa-e (17) aayah 13-14.
De Heer zal getuigen en Hij is de beste der getuigen. Daarna zullen de schrijfengelen getuigen, en de mensen zullen ook getuigen, en zelfs de aarde zal getuigen. En daarna zullen zijn ledematen gaan getuigen van wat zij hebben uitgevoerd. Hier is een overtuigende bewijs van de Heer de Almachtige tegen de mens waardoor de mens geen enkel voorwendsel en excuus heeft zijn daden te ontkennen. Niemand van de mensen zal de Hel binnengaan of hij zal weten dat hij de daden heeft verricht die hem deze verschrikkelijke plaats doen binnentreden en weghouden van het Paradijs, de mens zal dan beseffen dat hij terecht de Hel binnen zal gaan, en hij zal geen enkel excuus hebben bij Allah.
De ledematen zullen getuigen tegen de ongelovige en de huichelaar van wat hij deed van de daden, want hij zal op deze Dag alles proberen om zijn onschuld te pleiten, en hij zal liegen tegen Allah, en afstand nemen van zijn daden, en beweren dat hij goede daden verrichtte, en de (schrijf) engelen beschuldigen dat zij zaken optekenden die hij niet gedaan had. Dit doet hij omdat hij ziet wat hem te wachten staat van de verdoemenis en verschrikkelijke eeuwige straf, en hij denkt dat als hij toegeeft hij verloren zal zijn. Dus zal hij doorgaan met liegen en verdraaien, totdat zijn ledematen tegen hem zullen getuigen, en zij zullen praten over de verdorven daden die hij deed tijdens de vervlogen dagen t van het aardse leven. Er blijft hem dan geen enkel excuus voor zichzelf, en daarover zegt Allah (de Verhevene): “Zeg: "Maar Allah heeft het doeltreffende argument.” (Soerat al-An’aam (6) aayah 149)
Imaam Moslim heeft via Enes ibn Maalik (moge Allah tevreden met hem zijn) overgeleverd dat hij zei:“We waren bij profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) toen hij begon te lachen en zei: “Weten jullie waar ik om lach? Wij antwoordden: “Allah en Zijn boodschapper weten het beste.” Hij zei: “Ik lach om het gesprek tussen de dienaar en zijn Heer op de Dag der Opstanding. Hij zal zeggen: “O mijn Heer! Hebt U mij niet beschermd tegen onrechtvaardigheid?” “Jawel” zal Allah antwoorden. En de dienaar zal zeggen: “Dan aanvaard ik voor mijzelf enkel een getuige van mijzelf.” Allah zal dan zeggen: “Vandaag volstaat het dat jij je eigen getuige bent en dat de edele schrijvers (de engelen) getuige zijn.” Dan wordt zijn mond verzegeld en wordt er tegen zijn ledematen gezegd: “Spreek!” En ze zullen spreken over zijn daden. Dan zal hij de toestemming krijgen om te praten en zeggen: “Verdwijn, wee jullie! Ik was jullie aan het verdedigen!”Sah’ieh’ Moeslim (2969).
Zijn ledematen zullen dan spreken en getuigen van wat hij deed zodat de dienaar geen enkele excuus meer heeft zich te verontschuldigen, en alleen het doeltreffende argument van Allah de Almachtige overblijft.
At-Tarboeshtie (moge Allah hem genadig zijn) zei: "De betekenis is: dat Allah al zijn excuses van de kaart zal vegen door de vele getuigenissen van zijn ledematen zodat de dienaar geen enkel excuus meer heeft en alleen het doeltreffende bewijs van Allah overblijft en er niets overblijft waar de dienaar aan kan vasthouden.” Einde citaat uit “Mir-aat al-Mafaatieh” van al-Moellaa ‘Ali al-Qaarie 16/127.
Om samen te vatten:
De kennis van Allah de Almachtige is voor alle handelingen van de dienaar, dit heeft Allah geschreven op het ‘Beschermde Bord’ (al-Lawh’ al-Mah’foedhz). Vervolgens wordt dit nogmaals geschreven terwijl de mens zich in schoot (baarmoeder) van zijn moeder bevindt. Maar de afrekening van Allah over Zijn dienaren is niet over de voorkennis over hen, maar over wat zij daadwerkelijk ook hebben gedaan. En wanneer een dienaar deze daad verricht wordt het door de engelen opgetekend en vastgelegd. En wanneer de Dag der Opstanding aanbreekt zullen sommige mensen trachten te ontkennen wat engelen hebben opgeschreven. En dit is dan de huichelaar die alleen tevreden is met zichzelf als getuige waarop Allah zijn ledematen een bevel geeft om te praten van wat hij uitgevoerd heeft. Hij (de huichelaar) is dan niet in staat de getuigenis van zijn eigen ledematen te weerleggen en te ontkennen. Dit is een overtuigende argument van Allah over Zijn dienaren op de Dag des Oordeels en het excuus van de dienaar wordt volledig van de kaart geveegd.
En Allah weet het beste.
Bron: Sheikh Mohammed Saalih' al-Moenadjied.