Vraag & Antwoord

Het behoort tot het naderen van het Uur dat de tijd snel zal gaan

Is het een teken van het Uur dat de dagen snel voorbij zullen gaan en deze kort zijn?

 

Alle lof is voor Allah.

Wellicht verwijst de vraagsteller naar de overlevering die Imaam  al-Boekhaarie (1036) heeft overgeleverd dat Aboe Hoerayrah (moge Allah tevreden met hem zijn) zei: “De profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei: “Het Uur zal pas aanbreken nadat de kennis wordt weggenomen, aardbevingen zullen toenemen, de tijd (periodes) dicht bij elkaar zal liggen, beproevingen zullen verschijnen en moorden zullen toenemen. Onder jullie zal ook rijkdom toenemen, totdat het overvloedig zal stromen.”

Imaam Ah’mad (10560) heeft via Aboe Hoerayrah (moge Allah tevreden met hem zijn) overgeleverd dat de profeet van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei: “Het Uur zal niet komen totdat de tijd zo snel zal passeren, dat een jaar (voorbijgaat alsof het) een maand is, en een maand als een week, en een week als een dag, en een dag als een uur en een uur als de tijd die men nodigt heeft om een palmblad te verbranden.” 

Deze overlevering is authentiek verklaard door Sheikh al-Albaanie (moge Allah hem genadig zijn) in Sah’ieh’ al-Djaami’ (7422).

Deze twee overleveringen duidden erop dat het een van de Tekenen van het Uur is dat de tijd  snel voorbij gaat. De geleerden verschillen van mening over de betekenis van het snel gaan van de tijd en de meest correcte mening: 

Dat het snel gaan van tijd kan een zintuiglijke of een symbolisch betekenis hebben. Wat betreft de symbolische betekenis van het snel gaan van de tijd is dat de zegeningen van tijd verdwenen zijn, en dit heeft plaatsgevonden sinds een lange tijd. 

Deze mening is gekozen door Qaadie ‘Ayyaad, en imaam an-Nawawie (moge Allah hen beiden genadig zijn).

Imaam an-Nawawi zei: “De betekenis van het kort zijn van de dagen is de zegening die het niet meer heeft, en dat het profijt van een dag net als de profijt die er is van een uur bijvoorbeeld.” Einde citaat. 

al-H’aafidhz zei: “De waarheid is dat de zegening van alles ontnomen is, zelfs uit de tijd. En dit is een van de Tekenen van het naderen van het Uur.” Einde citaat.

De betekenis van de zintuiglijke betekenis is het gemak van de communicatie tussen externe locaties en de snelheid waarmee plaatsen bereikt wordt waardoor het lijkt alsof de tijd heel snel is gegaan. Lange afstanden waarover vroeger maanden over gedaan werd, worden nu in niet meer dan enkele uren afgelegd.

Sheikh Ibn Baaz (moge Allah hem genadig zijn) zei in een reactie op Fet-h’ al-Baarie (2/522):  “Het passeren van de tijd zoals deze genoemd is in de overlevering kan uitgelegd worden van wat plaats heeft gevonden in deze tijdperk van de nabijheid van steden en regio’s onderling. De afstand ertussen lijkt heel kort vanwege de uitvinding van vliegtuigen, auto’s die deze lange afstanden in korte tijden afleggen en de nieuwskanalen die nieuws zenden van de andere kant van de wereld enz. En Allah weet het beste.” 

De zintuiglijke betekenis van het passeren van de tijd betekent: het heel kort zijn van de dag, de uren van de dag en nacht gaan snel voorbij en dit is nog niet aan de orde. En het plaatsvinden ervan is niet een onmogelijke zaak. Dit wordt ondersteund door de dagen ten tijde van de Dadjjaal (Antichrist) waarop een dag als een jaar zal zijn, als een maand, en als een week in de lengte ervan. Het is alsof de dagen lang zullen zijn maar ook kort, en dat is wanneer er een  afwijking zal zijn aan het evenwicht in de wereld en dit is een voorteken van de ondergang en einde is van deze wereld.

al-H’aafidhz ibn H’adjar vermeld in a-Fet-h’ via ibn Abie Djamrah dat hij zei: "De betekenis van het passeren van de tijd en het kort zijn ervan kan de betekenis hebben van wat gekomen is in de overlevering: “Het Uur zal niet komen tot een jaar als een maand zal zijn.” Het kort zijn van de tijd kan wat waarneembaar gevoeld wordt ermee bedoeld worden, en het kan ook een symbolische betekenis hebben. Het zintuiglijk waarnemen ervan is nog niet aan de orde, maar wellicht is het een zaak dat net voor het aanbreken van het Uur zal zijn. Maar de symbolische betekenis: dit is al een lange tijd aan de orde en dit wordt opgemerkt door religieuze leiders in het geloof en kennis en  scherpzinnigheid. Maar mensen die een kortzichtige blik hebben en het wereldse najagen zijn verbaasd, zij vinden zichzelf niet in staat om de daden te verrichten die zij eerder wel konden doen en klagen dat zij de reden ervan niet weten in. En misschien is dit het  gevolg van wat er gebeurd is van zwakte van het geloof door het ontstaan van de dingen die tegen de Islaam ingaan op vele manieren. Het meest duidelijke ervan zijn de levensmiddelen die verkregen zijn op een onwettige manier of op zijn minst op een twijfelachtige manier wat overduidelijk is. Veel mensen houden geen afstand van zaken waarover zij twijfelen, als zij maar een geringe kans krijgen dan storten zij zich erop zonder zich erom te bekommeren (of het h’alaal of h’araam is). Feit is dat de zegeningen in de tijd, levensonderhoud, en plantengroei verbonden zijn aan de kracht van het geloof en het volgen van het bevel en het nalaten van het verbod. Een getuige hiervan is de uitspraak van Allah (de Verhevene): “En ais de inwoners van de steden hadden geloofd en (Allah) hadden gevreesd, dan hadden Wij zeker voor hen zegeningen uit de hemel en de aarde geopend” (Soerat al-A’raaf (7) aayah 96).” Einde citaat.  

Soortgelijke commentaar is ook gezegd door Imaam as-Soyooti in “al-Haawie lilfataawaa” (1/44), hij zei over de betekenis van de overlevering: 

"Er is gezegd over de betekenis van deze overlevering is het werkelijke voelbare is aan de tijd. De uren van de dag en nacht worden minder wanneer het Uur nadert. Er is ook gezegd dat het een symbolische betekenis is het snel voorbij gaan van de dagen en de dat de zegeningen ervan ontnomen worden, zelfs van de tijd…. Er zijn ook andere uitspraken over dit onderwerp door de geleerden gezegd. En Allah weet het beste.” Einde citaat.

Er zijn ook andere uitspraken genoemd van het ‘passeren’ van de tijd, maar deze uitspraken zijn niet zo krachtig als deze twee meningen. 

Waaronder wat Ibn Battaal gezegd heeft dat de betekenis van “het gebrek aan religie onder de mensen” zodanig is dat er onder hen niet meer aangespoord wordt tot het goede en het verbieden van het verwerpelijke vanwege de overheersing van losbandigheid en de opkomst van de mensen verdorvenheid.

Deze interpretatie is in contrast met de overlevering en dit wordt weerlegd door de woorden van de boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem): “Het Uur zal niet naderen totdat de tijd snel zal gaan, een jaar is als een maand….” De overlevering. Het is duidelijk dat wat bedoeld wordt in de deze overlevering het veranderen van de tijd en niet het veranderen en wisselvalligheid van de mensen is.”

En Allah weet het beste.

Bronnen: Zie Fet-h’ al-Baarie (13/21) uitleg van h’adieth nummer (7061), “It-h’aaf al-Djamaa’ah” van at-Toewaydjirie (1/497), "Soenen al-Waaridah fie al-Fiten waghaa’ielahaan wa as-saa’a Wa ashraatoehaa” van Aboe ‘Amr ‘Oethmaan ad-Daabie en geauthenticeerd door Dr. Ridaa-e Allah al-Moebaarakfoerie, en “ashraatoe as-Saa’ah van al-Waabil (blz. 120).

Bron: Sheikh Mohammed Saalih' al-Moenadjied.

 


AL.ISLAAM.COM
Uw mobiele kennisbron over de Islaam

BESCHIKBAAR OP DE VOLGENDE APPARATEN