Het geloof in de boodschappers is niet anders dan het geloof in de profeten
In de h’adieth (overlevering) van Djibriel is gekomen dat toen hij de profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) vroeg over het geloof de profeet de pilaren van het geloof opsomde, waaronder het geloof boodschappers (Rosoel). En zoals bekend is, is niet elke Nabiey (profeet) ook een Rasoel (boodschapper). Betekent dit dan dat het niet noodzakelijk is te geloven in een profeet die geen boodschapper was?
Alle lof is voor Allah.
Het verplichte geloof hieromtrent is het geloof in alle boodschappers en de profeten en niet alleen in de boodschapper alleen. Deze zaak behoort de noodzakelijkheden van de islamitische religie (hierin te geloven). De pilaren van de islamitische geloofsovertuiging zijn door de Qor-aan verduidelijkt. Allah zegt: “Zeg (O Mohammed): "Wij geloven in Allah en wat er aan ons is neergezonden en wat er is neergezonden aan Ibrahiem en Ismaa'iel en Is-h’aaq en Ya'qoeb en de kinderen van Ya'qoeb en wat er is gegeven aan Moesaa en ‘Iesaa en wat er is gegeven van hun Heer aan de profeten, wij maken geen onderscheid tussen één van hen en wij onderwerpen ons aan Hem." (Soerat al-Baqarah (2) aayah 136).
De Almachtige zegt: “Het is geen vroomheid dat jullie je gezichten naar het Oosten en het Westen wenden, maar vroom is wie gelooft in Allah en het Hiernamaals en de engelen en de Schrift en de profeten en die het bezit dat hij liefheeft weggeeft aan de verwanten en de wezen en de behoeftigen en de reiziger (zonder proviand) en de bedelaars en (het gebruikt) voor het vrijkopen van slaven, en die de salaat onderhoudt, de zakaat geeft. En die trouw zijn aan hun belofte wanneer zij een belofte hebben gedaan en de geduldigen in tegenspoed, in rampspoed en in oorlogstijd. Zij zijn diegenen die Moettaqoen zijn, en zij zijn het die de godvrezenden zijn.” (Soerat al-Baqarah (2) aayah 177).
Denk na over hoe Allah de gelovigen verplicht te geloven in alle profeten en boodschappers. Onder hen zijn Ismaa’iel, Is-h’aaq, en hun nakomelingen genoemd. Verder bericht Allah dat de gelovigen geen onderscheid maken tussen een van de profeten en boodschappers. De gelovigen zijn ervan overtuigd van het ongeloof van iemand die het profeetschap ontkend van een profeet waarvan het profeetschap bevestigd is door Allah. Want het ontkennen van de profetie van een profeet of boodschapper houdt het ongeloof in alle profeten en boodschappers in.
al-Qaadhie ‘Iyaadh (moge Allah hem barmhartig zijn) zei: "Het oordeel over het beledigen van de andere profeten van Allah, en hen te minachten of hen te verloochenen in hetgeen waarmee zij gekomen zijn heeft hetzelfde oordeel als loochenen van onze profeet Mohammed (Allah’s vrede en zegen zij met hem).” Einde citaat. Zie "as-Shifaa" (2/1097)
Sheikh al-Islaam Ibn Taymiyyah (moge Allah hem genadig zijn) zei: "De moslims geloven in alle profeten, en maken geen onderscheid tussen een van hen. Wie een van hen ontkent heeft als het ware alle profeten ontkend, en wie een profeet beledigt in een Kaafir en het is voor de autoriteiten verplicht hem ter dood te brengen en hierover zijn de geleerden het eens.” Einde citaat. Zie het boek "Esafadiyah" (2/311).
De weledele geleerd as-Sa’die (moge Allah hem genadig zijn) zei in de interpretatie van het vorige vers van Soerat al-Baqarah: "Het vers interpreteert het geloof in alle neergezonden Boeken die geopenbaard zijn aan alle profeten, en het geloof in de profeten in het algemeen en in het bijzonder als bedoeld in het vers. Zij waren geërde dienaren van Allah aangezien zij met geweldige wetgevingen van hun Heer gekomen zijn. De verplichting van het geloof wat betreft de profeten en Boeken is algemeen en universeel in hen te geloven, en zij die gedetailleerd genoemd zijn dienen wij ook gedetailleerd in hen te geloven.” Einde citaat. Zie "Teysier al-Kariem ar-Rah’maan”, blz.67.
Wat betreft de overlevering van Djibriel (vrede zij met hem) die overgeleverd is door Imaam Moeslim (nummer 8) via ‘Oemar ibn al-Khattaab waarin het volgende gekomen is: “Hij zei (Djibriel): “Bericht mij over het geloof.” De profeet antwoordde: “Het geloof houdt in dat je gelooft in Allah, Zijn engelen, Zijn Boeken, Zijn boodschappers, de Laatste Dag, en dat je gelooft in het Lot, zowel goedschiks als kwaadschiks” kunnen we het volgende zeggen:
Het is niet alleen bedoeld om te geloven in de boodschappers zonder profeten, maar het woord "ar-Rosoel" hier omvat ook het geloof in de profeten. Het woord "ar-Rosoel" is hier genoemd, omdat deze term bekender is en de voorgaande verzen zijn een bewijs dat het geloof in alle profeten (an-Biyaa-e) verplicht is.
Het verschil tussen de profeten en boodschappers is niet onveranderlijk in elke context, maar als een van de twee namen genoemd in een tekst (bijv. Rasoel), dan heeft dit ook betekenis van de andere term (Nabiey). Maar zij hebben verschillende betekenissen wanneer zij samen in een tekst genoemd worden. (Net zoals de termen ‘Imaan’ en ‘Islaam’, ‘al-Birr’ en ‘Taqawa’(deugdzaamheid), ‘al-Miskien’ en ‘al-Faqier’ (armen en behoeftigen), enz.). Wanneer deze termen afzonderlijk van elkaar genoemd worden in een religieuze tekst dan hebben zij dezelfde betekenis, echter wanneer deze termen samen en gelijk in een religieuze tekst genoemd worden dan heeft elk term een specifieke betekenis die anders is dan de andere term.
En Allah weet het beste.
Bron: Sheikh Mohammed Saalih' al-Moenadjied.
