Vraag & Antwoord

Wat is de behoefte van mensen aan de boodschappers en profeten?

Wat is de behoefte van mensen aan de boodschappers en  profeten?

 

Alle lof is voor Allah.

Profeten zijn boodschappers van Allah aan Zijn dienaren die Zijn geboden aan hen verkondigen, en hen de blijde tijdingen geven van wat Allah voor hen bereid heeft van zaligheid in het Paradijs wanneer zij de geboden gehoorzamen, en tegelijkertijd waarschuwen voor de eeuwige Straf wanneer zij de verboden overtreden. Zij berichten hen ook over de vorige naties en de gesel en bestraffing dat hen getroffen heeft in deze wereld als gevolg van de overtreding van Gebod van hun Heer.

Het is voor de onafhankelijke verstand en geest niet mogelijk deze Goddelijke geboden en verboden te kennen. Daarom stuurt Allah profeten en boodschappers die de wetgeving van Allah en de geboden en verboden aan hen verkondigen ter ere van de mens, en het verheffen van hun eer en hun belangen te beschermen. Want mensen kunnen blindelings hun verlangens volgen waardoor zij de heiligdommen (van eer, leven en geld) van andere mensen schenden en de rechten van hen ontnemen. Het is dus een grote wijsheid dat Allah van tijd tot tijd een profeet en boodschapper zend die de mensen herinnert aan de geboden en verboden van Allah, en hen waarschuwen te vervallen in zonden, en hen vermanen met geopenbaarde verzen en hen herinneren aan de eindbestemming van de volkeren die hen vooraf gingen die vernietigd werden vanwege hun ongeloof en rebellie tegen het Gebod van Allah. 

Sheikh al-Islaam Ibn Taymiyyah * (moge Allah hem genadig zijn) zei: “En de boodschap is nodig voor het belang van een persoon in deze wereld en het Hiernamaals. Zoals het onmogelijk is dat de dienaar slaagt in het Hiernamaals behalve door het volgen van de goddelijke boodschap, is het onmogelijk dat hij slaagt in deze wereld zonder het volgen van de goddelijke boodschap. De mens is onderhevig aan het volgen van de goddelijke wet, omdat hij tussen twee zaken zit: een zaak dat hem voordeel brengt en een zaak dat hem kwaad brengt. En door het niet volgen van de goddelijke wet brengt hij kwaad en onheil over zich uit. De wetgeving van Allah is het Licht van Allah op Zijn aarde, en de rechtvaardigheid tussen Zijn dienaren en een citadel die bescherming biedt voor degene die hem binnentreedt.” Einde citaat. 

Het volgen van de goddelijke wetgeving betekent niet het kunnen onderscheiden tussen nuttige en schadelijke zaken door zintuigen, want dit wordt ook door dieren waargenomen. De ezel en kameel kunnen door hun zintuigen onderscheid maken tussen gerst en zand. Maar de betekenis van het volgen van de islamitische wet betekent het onderscheid kunnen maken tussen handelingen die kwaad voortbrengen en zaken die hem ten goede komen in zijn leven en het Hiernamaals. Zoals oprecht geloof, zuivere Tawh’ied, rechtvaardigheid, gerechtigheid, welwillendheid, eerlijkheid, kuisheid, moed, kennis, geduld, het aansporen tot het goede en het verwerpen van het slechte, het aanhalen van de banden van verwantschap, eren van de ouders, vriendelijkheid voor de buren, het nakomen van andermans rechten, oprecht omwille van Allah handelen, vertrouwen in Hem, het vragen van hulp aan Hem,  tevredenheid met Allah’s lotbepalingen, volledige overgave aan Zijn oordelen,  het geloven in Hem en Zijn boodschappers in alles wat zij verteld hebben, en andere zaken die de dienaar ten goede komen zowel in zijn wereldse leven als in het Hiernamaals. De tegenpool hiervan is alles wat kwaad en onheil brengt voor de dienaar zowel in deze wereld als in het Hiernamaals.

Zonder de Goddelijke boodschappen zal het verstand niet de details van de voordelen en nadelen in het leven kunnen weten. Het is waarlijk een van de grootste zegeningen en gunsten van Allah aan Zijn dienaren dat Hij boodschappers naar hen zond, en Boeken tot hen heeft geopenbaard, en het Rechte Pad voor hen heeft verduidelijkt. Als dit niet aan de orde was, dan zouden zij in de toestand verkeren van vee, of nog erger. Wie de boodschap van Allah aanvaardt en standvastig erop blijft behoort tot de beste schepsels, en wie dit verwerpt en naast zich neerlegt behoort tot de slechtste schepsels en heeft zich lager gedegradeerd dan een hond en een  varken en de meest verachtelijke van alle verachtelijken. Er is geen voortzetting van de bewoners van de aarde behalve door hantering van de goddelijk boodschap door een deel van de aardbewoners. Echter, als dit afwezig is bij de aardbewoners en volledig achterwege gelaten wordt zal Allah de aarde vernietigen en begint de Wederopstanding.

De behoefte van aardbewoner aan de profeten en boodschappers is groter dan hun behoeft aan de zon en de maan, wind en regen, van het oog aan het licht en hun voedsel en drank. De behoefte aan de profeten en boodschappers is groter dan alles wat zich in het menselijke verstand kan opkomen. De boodschappers zijn de tussenpersonen tussen Allah, de almachtige en Zijn schepping in Zijn geboden en verboden. Zij zijn de ambassadeurs tussen Hem en Zijn dienaren. De laatste van hen, en tevens de edelste bij Zijn Heer, is Mohammed vrede zij met hen allen. Hij is door Allah gezonden als een barmhartigheid voor de werelden, en een duidelijk bewijs voor alle schepsels. Allah heeft de dienaren verplicht hem te gehoorzamen, lief te hebben, te eerbiedigen, te helpen en het nakomen van zijn rechten. Allah heeft een verbond van al zijn profeten en boodschappers genomen te geloven in hem en hem te volgen.

Allah heeft de boodschappers opgedragen een verbond te nemen van gelovigen die hen volgden in het geloof in hem . Hij is gestuurd tegen het einde van het Uur als een waarschuwer en brenger van blijde tijdingen, als uitnodiger tot Allah met Zijn toestemming als een stralende lamp. Met zijn komst is het profeetschap verzegeld, Allah heeft middels hem de mensen uit dwaling gehaald, en met zijn boodschap zijn ogen en oren geopend en verzegelde harten geopend. Zijn boodschap heeft de aarde belicht na duisternis, en de harten verenigd nadat deze verdeeld waren…” Een gedeelte uit “Het fundament van de verplichting in het vasthouden aan de boodschap” van Sheikh al-Islaam ibn Taymiyyah (moge Allah hem genadig zijn) deel 19, blz. 99 tot 102 uit ‘Madjmoo’ al-Fataawa’. Zie ook “Lawaami’ al-Anwaar al-Bahiyah”, deel 2, blz. 216, 236.

 

We kunnen de menselijke behoefte aan de boodschappers als volgt samenvatten:

1 – De menselijke wezen is geschapen door de Schepper, het is noodzakelijk dat hij zijn Schepper dient te kennen, en te weten wat zijn Schepper van hem verlangt, en waarom hij geschapen is. De mens is niet in staat dit te kennen behalve door het kennen van de profeten en boodschappers, en het kennen van de wetgevingen van leiding en licht waarmee zij gekomen zijn.

2 – De componenten van de mens zijn het lichaam en de ziel. Het voedsel van het lichaam is voedsel en drank, en de voeding van zijn ziel is datgene wat bepaald is door de Schepper: de ware religie en goede daden. De profeten en boodschappers zijn gekomen met de ware religie en hebben de mensen wegwijs gemaakt in het verrichten van goede daden.

3 – De mens is religieus van aard, het is voor de mens noodzakelijk om een religie te hebben. Maar deze religie dient juist te zijn en niet vals! Het is onmogelijk om de juiste religie te kennen behalve door het geloof in de profeten en boodschappers die met de juiste religie gekomen zijn en te geloven in datgene waarmee zij gekomen zijn.

4 – De mens heeft een weg nodig dat hem brengt naar de tevredenheid van Allah in deze wereld en een weg dat hem leidt naar Zijn Paradijs en eeuwige genietingen. Het leiden naar deze wegen kan enkel en alleen maar door de profeten en boodschapper geschieden, zij zijn door Allah uitverkoren om deze wegen aan de mensen te verduidelijken. 

5 – De mens is zwak van nature en wordt door vele vijanden omringt: de Shaytaan die hem wil verleiden, slecht gezelschap die hem het verderfelijke sieren, de ego dat geneigd is tot het kwaad; dus hij zal het nodig hebben om zichzelf te redden van de ketenen van zijn vijanden. De profeten en boodschappers hebben de mens wegwijs gemaakt hierin om hiervan verlost te worden en hebben dit zeer duidelijk verheldert.

6 – De mens is van nature een stedeling die met andere mensen samenleeft, dus is het noodzakelijk dat er een Goddelijke wetgeving dient te zijn opdat de mensen met elkaar in gelijkheid en rechtvaardigheid leven, zo niet dan zal hun leven zijn als de ‘wet van de jungle’. Terwijl de Goddelijke wetgeving zonder te overdrijven of nalatig te zijn eenieder het recht geeft wat hem toekomt en onveranderlijk is en blijft (in tegenstelling tot wetten opgesteld door mensen). En het zijn alleen de profeten en boodschappers die met de volledige Goddelijke onveranderlijke wetgeving komen. 

7 – De mens heeft iets nodig waarin hij gemoedsrust en innerlijke ruste en veiligheid vindt dat hem leidt naar ware geluk, en dit is juist waar de profeten en boodschapper naar toe leiden!

Uit het boek “Islaam, Oesoelihie wa Mabaadie-ieh” (De fundamenten en principes van de Islaam) door  Dr. Mohammed ibn ‘Abdullah ibn Saaleh As-Soehaym. 

 

* Ahmed ibn ‘Abdullah ibn ‘Abd al-Halim Ibn Taymiyyah, werd geboren in het jaar 661 H en overleed in het jaar 728 H. Hij behoorde tot de grootste islamitische geleerden, hij heeft vele boeken over de het geloof geschreven.

 


AL.ISLAAM.COM
Uw mobiele kennisbron over de Islaam

BESCHIKBAAR OP DE VOLGENDE APPARATEN