Bibliotheek

Regels voor muziek, zang en dans volgens de Sharie’ah!

Door Sheikh Mohammed Saalih’ Al-Moenaddjied

Hoofdstukken

1. Vraag
2. Bewijs van verbod in de Qor-aan en Soennah
3. De standpunten van de Islamitische geleerden (imams)
4. Een gepaste uitzondering
5. Een ongepaste uitzondering
6. Conclusie
5609 keer gelezen

. Bewijs van verbod in de Qor-aan en Soennah

Antwoord:

Alle lof aan Allah de Barmhartig,

Ma’aazif is het meervoud van mi’zafah en het verwijst naar muziekinstrumenten (Fath al-Baari, 10/55), instrumenten die worden bespeeld (al-Madjmoo’, 11/577). Van al-Djawhari (moge Allah hem zegenen) vertelde Al-Qortobi (moge Allah hem zegenen) dat ma’aazif zang betekent. In zijn Sih’aah’ staat dat het muziekinstrumenten betekent. 

In al-H’awaashi door ad-Dimyaati (moge Allah hem zegenen) staat: ma’aazif betekent trommels (doefoof, zang, deff) en andere instrumenten waarmee wordt geklopt of geslagen (Fat-h’ al-Baari, 10/55).

Bewijs van verbod in de Qor-aan en Soennah:

Allah zegt in Soerat Loeqmaan: “En van de mensheid is hij er die nutteloze praatjes (d.w.z. muziek, zang) aankoopt om mensen te misleiden van het pad van Allah”…..[Soerat Loeqmaan (31), aayah 6]

De geleerde van de Oemmah ((islamitische) eenheid), Ibn ‘Abbaas (moge Allah hem behagen) zei: Dit betekent zang. Moedjaahid (moge Allah hem zegenen) zei: Dit betekent het bespelen van de trommel (tabl). (Tefsier (Uitleg) at-Tabari, 21/40).

Al-H’assan al-Basri (moge Allah hem zegenen) zei: Deze aayah was geopenbaard omtrent zang en muziekinstrumenten (houtblazerssectie instrumenten). (Tefsier Ibn Katheer 3/451).

As-Sa’di (moge Allah hem zegenen) zei: Dit omvat alle wijze van h’araam geluid/toespraak; alle nutteloze praatjes en leugens; alle nonsens dat koefr (ongeloof) en ongehoorzaamheid bevorderd (de woorden hiervan beweren bepaalde zaken om de waarheid tegen te spreken en ook nog eens deze te bewijzen ter ondersteuning van leugens); belasteringen,

beledigingen en gevloek;  zang en muziekinstrumenten van de Shaytaan,(moge Allah hem verdoemen “Allah yen3aloe, Ay”) en muziekinstrumenten die geen spiritueel of een werelds voordeel met zich mee brengen. (Tefsier as-Sa’di, 6/150).

Ibn al-Qayyim (moge Allah hem zegenen) zei: De Sah’aabah (metgezellen) en de Taabi’in (volgelingen) legden uit dat het genoeg is om ‘nutteloze praatjes’  naar zang te verwijzen. 

Dit is overgebracht met Sah’ieh’ Isnaad van Ibn ‘Abbaas en Ibn Mas’oed. Aboe ’l-Sahbaa’ zei: Ik vroeg Ibn Mas’oed over de aayah (uitleg van de betekenis), “En van de mensheid is hij er die nutteloze praatjes aankoopt” [Soerat Loeqmaan (31), aayah 6]. Hij zei: Bij Allah, waarnaast geen andere God is, dit betekent zang – en hij herhaalde het drie keer.

Er is ook met een Sah’ieh’ Isnaad van Ibn ‘Oemar (moge Allah hen beiden behagen) overgeleverd dat dit zang betekent. Er is geen tegenstrijdigheid tussen de uitleg van ‘nutteloze praatjes’ dat zowel zang betekent als de leg ervan die verwijst naar verhalen van de het Perzische volk en hun koningen, en de koningen van de Romeinen enz, zoals an-Nadr ibn al-H’aarith die gewend was verhalen te vertellen aan de mensen van Mekka om hen af te leiden van de Qor-aan. Beiden zijn ze nutteloos geklets. Hence Ibn ‘Abbaas zei: ‘Nutteloze praatjes’ zijn leugens en zang. Sommige Sah’aabah zeiden het een en sommigen weer het ander en weer andere Sah’aabah waren het er allebei mee eens. Zingen is slecht en richt meer schade aan dan verhalen van de koningen, omdat het leidt tot zinaa (b.v. illegale omgang) en het vergroot huichelarij (in het hart); het is de trap van de Shaytaan en het verduisterd het verstand. De manier waarop het mensen blokkeert van de Qor-aan is erger dan de manier waarop andere vormen van onjuiste geruchten hen blokkeert, omdat mensen van nature ernaar buigen en geneigd zijn er naar te luisteren. De aayaat keuren af dat de Qor-aan wordt vervangen door nutteloze geruchten om mensen te misleiden van het pad van Allah, zonder kennis, en vatten het op als een grap. Wanneer een aayah uit de Qor-aan voor zulke mensen wordt gereciteerd dan keren ze hun ruggen om alsof ze niets gehoord hebben en alsof ze doof zijn. Wanneer zij er iets van horen dan maken zij het belachelijk. Dit allemaal gebeurt alleen in het geval als deze mensen zeer koppige ongelovigen zijn en als sommige onder hen blij worden van zangers en/of er naar luisteren. Beiden hebben ze aandeel in deze schuld. (Ighaathat al-Lahfaan, 1/258 – 259).

Allah zei: “[Allah zei tegen Iblees (Shaytaan):] En dwaas worden zij geleidelijker, degenen die je te midden van hen met je stem (d.w.z. zang, muziek en elk ander oproep om Allah te ongehoorzame) kan…..”[Soerat al-Israa-e (17), aayah 64] 

Er is overgeleverd dat Moedjaahid (moge Allah hem zegenen) zei: “En dwaas worden zij geleidelijker, degenen die je temidden van hen met je stem kan” ? zijn stem [de stem van Iblees/Shaytaan] bestaat uit zang en leugens. Ibn al-Qayyim (moge Allah hem zegenen) zei: Deze idaafah [tweede naamval of bezittelijk aanleg, d.w.z. jouw stem] dient om de bedoeling te specificeren, zoals met de uitdrukkingen [vertaald als] 

“jouw tankwapens”en “jouw voetsoldaten” [later in dezelfde aayah]. Dit houdt in: ieder die op welke wijze dan ook bepaalde dingen zegt die leiden tot ongehoorzaamheid jegens Allah; ieder die op een fluit blaast of op een ander houtblazerssectie en /of elk soort h’araam drum bespeelt (dit is namelijk de stem van de Shaytaan) en ieder die rondloopt om werken te bedrijven om ongehoorzaamheid jegens Allah aan te moedigen, maakt deel uit van zijn [de Shaytan’s] voetsoldaten. Ieder die rondreist om te zondigen maakt deel uit van zijn tankwapens. Dit is de visie van de Selef, zoals Ibn ‘Abie H’aatim vertelde volgens Ibn ‘Abbaas: zijn voetsoldaat is ieder die rondloopt om Allah te ongehoorzame. (Ighaathat al-lahfaan).

Allah zei (uitleg van de betekenis): “Verbaas je, je dan over deze recitatie (de Qor-aan)?

En je lacht erom en betreurt het niet, Je (kostbare) levensduur verspillen in tijdverderf en amusementen (zingen)”. [Soerat an-Najm (53), aayah 59-61] 

‘Ikrimah (moge Allah hem zegenen) zei: er is van Ibn ‘Abbaas overgeleverd dat al-somood [ zelfstandig naamwoord van saamidoen, hier vertaald als [“Je (kostbare) levensduur verspillen in tijdverderf en amusementen (zingen)”] 

dit betekent “zang” in het H’imyar dialect. Er is misschien gezegd “Ismidi lanaa” [‘zing voor ons’ ? uit dezelfde kern als saamidoon/somood] dit betekent “ghaniy” [zang]. En hij zei (moge Allah hem zegenen): wanneer zij [koeffaar] de Qor-aan hoorden, waren ze geneigd te gaan zingen.Daarop werd deze aayah geopenbaard.

Ibn Katheer (moge Allah hem zegenen) zei: Allah zei (uitleg van de betekenis) “Je (kostbare) levensduur verspillen in tijdverderf en amusementen (zingen)” ? Soefyaan at-Thawri zei, vertelling door zijn vader, van Ibn ‘Abbaas: Dit betekent zingen. Dit is Yemeni dialect: ismad lana betekent ghani lana [zing voor ons]. Dit was ook het standpunt van ‘Ikrimah. (Tefsier Ibn Kathier).

Er is van Aboe Oemaamah (moge Allah hem behagen) overgeleverd dat de Boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei: Verkoop geen zingende slavinnen, koop hen niet en onderwijs hen niet. Er is niets goeds in deze handel en hun prijs is h’araam. Omtrent zaken zoals deze is er de volgende aayah geopenbaard (uitleg van de betekenis): ‘En van de mensheid is hij er die nutteloze praatjes (d.w.z. muziek, zang) aankoopt om mensen te misleiden van het pad van Allah….’[Soerat Loeqmaan (31), aayah 6]”. (H’asan h’adieth)

De boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei: “Tussen mijn Oemmah zullen er zeker mensen zijn die zinaa, zijde, alcohol en muziekinstrumenten toestaan...” (verteld door al-Boekhaari ta’leeqan, no. 5590; verteld als mawsool door al-Tabaraani en al-Bayhaqi. Zie as-Silsilah as-Sah’ieh’ah door al-Albaanie, 91).

Ibn al-Qayyim (moge Allah hem zegenen) zei: Dit is een Sah’ieh’ hadith, overgeleverd door al-Boekhaarie in zijn Sah’ieh’, waarin hij het noteerde als bewijs en verklaarde dat het moe’allaq en majzoom is. Hij zei: Hoofdstuk één is verteld omtrent dezen die alcohol toestaan en het bij een andere naam noemen.

Deze h’adith toont op twee manieren aan dat muziekinstrumenten en het genieten van het luisteren naar muziek h’araam zijn. Ten eerste is het feit dat de Profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei: “[zij] staan toe”. Dit toont duidelijk aan dat er dingen worden genoemd,muziekinstrumenten inbegrepen, die h’araam zijn volgens de sharie’ah (islamitische wetgeving), maar deze mensen zullen het toestaan. Ten tweede worden muziekinstrumenten genoemd naast dingen waarvan men weet dat deze definitief h’araam zijn, zoals zinaa en alcohol. Als ze (muziekinstrumenten) niet h’araam waren, waarom worden ze dan naast deze dingen genoemd? (bewerkt uit As-Silsilah as-Sah’ieh’ah door al-Albaanie, 1/140-141)

Sheikh al-Islaam (Ibn Taymiyyah) (moge Allah hem zegenen) zei: Deze h’adieth toont aan dat ma’aazif h’araam zijn. Ma’aazif betekent muziek instrumenten volgens de geleerden van de (Arabische) taal. Dit woord omvat alle zulke instrumenten. (al-Madjmoo’, 11/535).

Ibn al-Qayyim (moge Allah hem zegenen) zei: En omtrent hetzelfde onderwerp werd een gelijksoortig commentaar gegeven door Salh ibn Sa’d al-Sa’idi, ‘Imraan ibn H’oesayn, ‘Abdoellaah ibn ‘Amr, ‘Abdoellaah ibn ‘Abbaas, Abu Hoerayrah, Aboe Oemaamah al-Baahili, ‘Aa-ieshah Oemm al-Moe-eminien, ‘Ali ibn Abi Taalib, Anas ibn Maalik, ‘Abdoe r-Rahmaan ibn Thaabit en Al-Ghaazi ibn Rabie’ah. Daarna vermelde hij het in Ighaathat al-Lahfaan en het toont aan dat ze (muziek instrumenten) h’araam zijn.

Er is overgeleverd dat Naafi’ (moge Allah hem zegenen) zei: Toen Ibn ‘Oemar een houtblazerssectie instrument hoorde, stopte hij z’n vingers in zijn oren en bleef uit de buurt van die plek. Hij zei tegen me, O Naafi’, Kun je iets horen? Ik zei:Nee. Vervolgens haalde hij z’n vingers uit zijn oren en zei: Ik was met de Profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) en ineens hoorde hij zoiets als dit en hij deed ook hetzelfde (vingers in zijn oren). (Sah’ieh’ Abi Daawoed). 

Sommige, weinig betekenende personen, zeiden dat deze h’adith niet bewijst naar het feit dat muziekinstrumenten h’araam zijn, want als dat het geval was dan zou de Boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem) Ibn ‘Oemar bevolen hebben (moge Allah hen beiden behagen) hetzelfde te doen en dan zou Ibn ‘Oemar het Naafi’ ook bevolen hebben. Het antwoord hierop is: Hij luisterde er niet naar, maar hij kon het wel horen. Er is een verschil tussen luisteren en horen. Sheikh al-Islaam (Ibn Taymiyyah) (moge Allah hem behagen) zei: Volgens de eenstemmigheid van de geleerden is er geen verbod of schuld wanneer een persoon niet van plan is geweest naar muziek te luisteren. Dus schuld of prijzen wordt in verband gebracht met het luisteren en niet met het horen. Degene die naar de Qor-aan luistert zal ervoor beloond worden, terwijl degene die het hoort zonder dat het de bedoeling is of zonder dat hij het wil, er niet voor beloond zal worden. Handelingen worden namelijk beoordeeld naar intenties. Hetzelfde is van toepassing op muziek instrumenten die h’araam zijn. Wanneer een persoon het hoort zonder dat het de bedoeling is dan geeft het niet. (al-Madjmoo’, 10/78).

Ibn Qoedaamah al-Maqdisi (moge Allah hem zegenen) zei: De luisteraar is degene die het opzettelijk doet. Dit was niet het geval bij Ibn ‘Oemar (moge Allah hen beiden behagen). Wat er in deze zaak gebeurde was horen. De Profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) wilde weten wanneer het geluid ophield, want hij liep van die plek weg terwijl hij z’n oren afgesloten had. Hij wilde niet terug gaan naar die plek of z’n oren ontsluiten totdat het lawaai ophield. Dus toen hij Ibn ‘Oemar toestond het horen voort te zetten, was dat uit noodzaak. (al-Moeghni, 10/173).

(Zelfs het horen, vermeld in de opmerkingen van de twee imams, is makroeh (afgeraden, zie verderop in deze tekst,eigenlijk betekent het ‘h’araam’)). Het was uit noodzaak toegestaan, zoals we hieronder in de commentaren van Imaam Maalik (moge Allah hem zegenen) zullen zien.En Allah weet het, het beste. 


AL.ISLAAM.COM
Uw mobiele kennisbron over de Islaam

BESCHIKBAAR OP DE VOLGENDE APPARATEN