1. | Inleiding |
2. | De moslims onderscheiden zich door hun feestdagen |
3. | Ah'kaam al Eid (regels van Eid) |
4. | Aadaab al-Eid (gebruiken tijdens Eid) |
5. | Waarschuwingen tegen verkeerde zaken |
Ghoesl (het verrichten van de grote wassing)
Een van de gebruiken van ‘Eed is het verrichten van de grote wassing alvorens zich naar het gebed te begeven. Er is overgeleverd in een Sah’ieh’ overlevering in al-Moewatta-e dat ‘Abd-Allaah ibn ‘Oemar altijd een bad nam op de dag van al-Fitr, alvorens hij zich naar de gebedsplaats begaf (al-Moewatta-e 248).
Er is overgeleverd dat Sa’eed ibn Djoebayr zei: “Drie zaken behoren tot de Soennah van ‘Eed: het lopen (naar de gebedsplaats), het nemen van een bad en eten, alvorens men naar buiten gaat.” Dit zei Sa’eed ibn Djoebayr en hij heeft het waarschijnlijk van één van de Sahaabah vernomen.
Al-Nawawi (moge Allah hem genade schenken) zei dat de geleerden het er over eens waren dat het moestahabb is om een bad te nemen voor het ‘Eed gebed.
Eten voordat men het huis verlaat
Men zou zich niet naar de gebedsplaats moeten begeven, voordat men enkele dadels heeft gegeten, vanwege de volgende hadith: “De boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem) ging op de ochtend van ‘Eed niet naar buiten voordat hij enkele dadels had gegeten… en hij at een oneven aantal.” (al-Boekhaarie, 953).
Het is moestahabb om te eten voordat men het huis verlaat, omdat dit bevestigt dat we niet mogen vasten op deze dag en het toont tevens aan dat het vastenperiode voorbij is. Ibn H’adjar (moge Allah hem genade schenken) legde uit dat dit is om te voorkomen dat de mensen hun vasten voortzetten en het betekent ook dat men de bevelen van Allah gehoorzaamt (Fath’, 2/446). Als een persoon geen dadels heeeft, kan hij iets anders als ontbijt eten. Met ‘Eed al-Adhaa (offerfeest) is het juist moestahabb om niet te eten tot na het gebed. Dan eet men van het vlees van het geofferde dier.
Takbir op de dag van ‘Eed
Dit is een van de belangrijkste Soennahs op deze dag, vanwege de woorden van Allah (vertaling): “En maakt het aantal dagen vol (van de Ramadan) en prijst Allah’ s Grootheid omdat Hij jullie leiding schonk, hopelijk zullen jullie dankbaar zijn.”(Soerah al-Baqarah, 2:185).
Het opzeggen van Takbir vanaf het huis tot aan de gebedsplaats tot het moment dat de imam binnenkomt was welbekend bij de salaaf en is overgeleverd door verschillende auteurs zoals Ibn Abi Shaybah, ‘Abd al-Razzaaq en al-Firyaabi in zijn boek Ah’kaam al-‘Eidayn. Een voorbeeld is de overlevering dat Naafi’ ibn Djoebayr gewoonlijk Takbir opzei en zich afvroeg waarom de mensen dit niet deden. Hij zei tegen de mensen: “Waarom zeggen jullie geen Takbir?” Ibn Shihaab al-Zuhri zei: “De mensen zeiden gewoonlijk Takbir van het moment dat ze hun huizen verlieten tot het moment dat de imam binnenkwam.”
De tijd voor het zeggen van Takbir op ‘Eed a-Fitr begint bij de nacht van ‘Eed tot aan het moment dat de imam verschijnt om het gebed te leiden.
De woorden van Takbir
Ibn Abi Shaybah heeft overgeleverd in al-Musannaf dat Ibn Mas’ood (moge Allah tevreden met hem zijn) gewoonlijk Takbir op de dagen van Tashreeq als volgt zei: “Allahoe akbar, Allahoe akbar, laa ilaaha ill-Allah, wa Allahoe akbar, Allahoe akbar wa Lillaahi’l-hamd.” Ibn Abi Shaybah leverde het ergens anders over met dezelfde isnaad, maar hier werden de woorden “Allahoe akbar” drie maal herhaald.
Al-Muhaamili heeft ook overgeleverd dat Ibn Mas’ood gewoonlijk zei: “Allahoe akbaroe kabeeran, Allahoe akbaroe kabeeran, Allahoe akbar wa ajall, Allahoe akbar wa Lillaahi’l-hamd.” (al-Irwaa-e, 3/126).
Elkaar feliciteren
Mensen mogen elkaar feliciteren en goede wensen uitdelen tijdens ‘Eed en het maakt daarbij niet uit welke woorden ze gebruiken. Ze kunnen bijvoorbeeld tegen elkaar zeggen: “Taqabbal Allahoe minnaa wa minkoem” (Moge Allah (de vasten en aanbidding) accepteren van ons en van jou) of “Eid moebarak” en andere soortgelijke toegestane uitspraken.
Djoebayr ibn Noefayr zei: “In de tijd van de profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zeiden de mensen tegen elkaar, wanneer zij elkaar ontmoeten op de dag van ‘Eed: “Taqabbal Allahoe minnaa wa minka.” (Ibn H’adjar. De isnaad is hasan. Fath’, 2/446).
Er op zijn best uitzien met ‘Eed
Jaabir (moge Allah tevreden met hem zijn) zei: “De Profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) had een jubbah (lange buitenjas) die hij droeg tijdens ‘Eed en op vrijdag.” (Sah’ieh’ Ibn Khoezaymah, 1765).
Al-Bayhaqi heeft overgelverd dat Ibn Oemar gewoonlijk zijn beste kleren droeg op ‘Eed, dus mannen zouden hun mooiste kleren moeten dragen tijdens ‘Eed.
Vrouwen moeten zich echter niet mooi maken, wanneer ze naar buiten gaan voor ‘Eed, omdat het hen verboden is hun sieraden te tonen in de aanwezigheid van niet-mahrem mannen (mannen waarmee men kan trouwen). Het is voor een vrouw die naar buiten wil verboden om parfum te dragen of zichzelf op een verleidende manier te tonen in de aanwezigheid van mannen, omdat ze alleen naar buiten gaat met het doel om aanbidding te verrichten. Denk je werkelijk dat het goed is voor een gelovige vrouw om de Ene ongehoorzaam te zijn Die ze gaat aanbidden en tegen Zijn bevelen in te gaan door strakke, felgekleurde kleren te dragen en zo de aandacht te trekken en door parfum op te doen etc.
Regels met betrekking tot het luisteren naar de khoetbah (preek) tijdens ‘Eed
Ibn Qoedaamah (moge Allah hem genade schenken) zei in zijn boek al-Kaafi (pagina 234): “Wanneer de imam de salaam heeft uitgesproken (aan het einde van het gebed), hoort hij een khoetbah te houden, bestaande uit twee delen, zoals de twee khoetbahs op vrijdag, omdat de profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) dit ook deed. De khoetbah tijdens ‘Eed verschilt echter van de khoetbah op vrijdag op vier punten… het vierde punt is dat het soennah is om ernaar te luistern en niet verplicht, omdat er is overgeleverd dat ‘Abd-Allah ibn al-Saa’ib zei: “Ik woonde ‘Eed bij met de Boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem) en toen hij het gebed had beeindigd, zei hij: “We gaan een khoetbah geven, dus wie wenst te gaan zitten (en wil luisteren), laat hem gaan zitten en wie wenst te vertrekken, laat hem vertrekken.”
Een van de geleerden zei: “Het is niet verplichte om naar de khoetbahs van ‘Eed te luisteren, want als het verplicht zou zijn, zou het haraam zijn geweest om te vertrekken. Maar aangezien het toegestaan is om te vertrekken is het niet verplicht om te luisteren.
Als het praten echter degene stoort die naar de khoetbahs willen luisteren, is het haraam om te praten vanwege het feit dat je andere stoort, maar niet vanwege het feit dat je niet luistert. Op grond hiervan is het toegestaan om een boek te lezen tijdens de khoetbah van ‘Eed, wanneer je dit hebt meegenomen, omdat dit anderen niet stoort. Maar volgens de madhhab die door deze auteur wordt gevolgd, is het verplicht om naar de khoetbah te luisteren als men aanwezig is.
Zich naar het gebed begeven via een bepaalde weg en terugkeren via een andere weg
Er is overgeleverd dat de profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) altijd lopend naar de gebedsplaats ging en hij verrichte het gebed zonder adhaan of iqaamah. Op de terugweg nam hij een andere route. Er werd gezegd dat hij dit deed zodat de twee verschillende wegen voor hem zouden getuigen op de Dag der Opstanding, want op die Dag zal de aarde spreken over alles wat haar is aangedaan, zowel het goede als het slechte. Er wordt ook wel gezegd dat hij dit deed om de symbolen en rituelen van de Islam op beide routes te laten zien; om de nadruk te leggen op de herinnering aan Allah; om de hypocrieten en joden tegen te staan en om hen te beangstigen door het aantal mensen dat bij hem was; om de behoeften van mensen tegemoet te komen door het geven van fatwas, en hen een voorbeeld te geven om te volgen; om liefdadigheid te geven aan behoeftigen; of om zijn familieleden te bezoeken en de vriendschappelijke banden te onderhouden.