Bibliotheek

De vrouwen van het Paradijs (de zwarte vrouw)

Door Aboe Moes’ab
1204 keer gelezen

De vrouwen van het Paradijs (de zwarte vrouw)

Het paradijs is voor gelovige mannen en vrouwen.

Vaak horen we de sprekers tijdens het vrijdaggebed of in vermaning spreken over het Paradijs en wij vinden allemaal onze harten, gemoederen en gedachtes afgestemd op die ‘frequentie’. Echter, de meerderheid van de sprekers praten over het Paradijs alsof het een verblijfplaats is, die alleen voor mannen bestemd is. De realiteit leert ons dat dit niet het geval is. Het Paradijs is voor de gelovige mannen en vrouwen. De enige prijs die je ervoor (om in het Paradijs te komen) moet betalen, is overtuigd geloven in Allah (Geprezen en Verheven is Hij), houden van Allah (Geprezen en Verheven is Hij) en Zijn boodschapper (vrede en zegeningen zij met hem), en gehoorzaam zijn aan Allah (Geprezen en Verheven is Hij) en Zijn boodschapper (Allah’s vrede en zegen zij met hem).

Hier onder volgen de verheugde tijdingen die door de boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zijn gegeven aan sommige vrouwelijke metgezellen. Overgeleverd door ‘Aisha (moge Allah tevreden met haar zijn): ‘Ik heb me nog nooit zo jaloers gevoeld op een van de vrouwen van de profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem), zoals ik jaloers was op Khadidja (moge Allah tevreden met hem zijn) ook al was ze gestorven voordat hij met mij trouwde, want ik hoorde hem vaak over haar praten, en Allah (Geprezen en Verheven is Hij) had hem gezegd haar het goede nieuws te brengen, dat ze een paleis van Qasab (d.w.z. pijpen van kostbare stenen en parels in het Paradijs) zou krijgen en als hij een schaap slachtte, dan stuurde hij een behoorlijk deel daarvan naar haar vriendinnen. [Sah’ieh’ Al-Boekhaarie].

Anas levert over dat de Boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei: ‘De beste vrouwen van het mensdom zijn vier: Mariam de dochter van ‘Imraan, Assiyyah de vrouw van Pharaoh, Khadidja de dochter van Khoewailid, en Faatima de dochter van de boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem).’ [Boekhaarie en Moesliem]. Overgeleverd door Aboe Hoerayrah: ”Djibreel [Gabriël] (vrede zij met hem) kwam bij de profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) en zei, ‘O Allah’s Apostel! Het is Khadidja die naar je toekomt met een vleessoep-schotel (of iets te eten of drinken). Wanneer ze bij jou arriveert, groet haar dan namens haar Heer (d.w.z. Allah) en namens mij en geef haar de goede tijding dat ze een Qasab (paleis in het Paradijs) zal hebben, waarin noch enige herrie noch enige vermoeienis (problemen) zullen zijn.’ [Sah’ieh’ Al-Boekhaarie].

Overgeleverd door ‘Ata Ibi Abi Rabaah’: “Ibn ‘Abbas zei tegen mij, ‘Zal ik je een vrouw, die één van de mensen van het Paradijs is, laten zien?’ Ik zei, ‘Ja.’ Hij zei, ‘Deze zwarte vrouw kwam bij de Profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) en zei, ‘Ik krijg epileptische aanvallen en mijn lichaam raakt dan onbedekt; alstublieft roep Allah voor mij aan.’ De profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei (tegen haar), ’Als je wenst, blijf geduldig en je zal het Paradijs binnen gaan; en als je wenst, zal ik Allah aanroepen om je te genezen.’ Zij zei, ‘Ik zal geduldig blijven,’ en voegde daar aan toe, ‘maar ik raak onbedekt, dus alstublieft roep Allah voor mij aan, dat ik niet onbedekt raak.’ Dus riep hij Allah voor haar aan.’ [Sah’ieh’ Al-Boekhaarie]. De hierboven genoemde ah’adieth (overleveringen) stellen duidelijk de status van sommige van de vrouwen wier de goede tijdingen van Al-Djannah (het Paradijs) zijn gegeven. Wat kunnen de vrouwen van tegenwoordig doen, zodat ze het hoogtepunt van succes, het Paradijs, zullen bereiken?

Om dat te bereiken MOETEN we leren hoe deze vrouwen leefden, hoe zij zich gedroegen, hoe zij spraken, hoe zij zich kleedden, hoe zij liepen, etc. In deze uitgave van Al-Moe-e-minah zullen we insha-e Allah van de zwarte vrouw, genoemd in de laatste hadith, proberen te leren. De zwarte vrouw is niet eens bij haar naam bekend, of haar afkomst, eerder is ze bekend door haar daden, haar geloof, haar zedigheid, haar kuisheid, en door het feit dat ze een bewoonster van het Paradijs is. En, per slot van rekening, is dat wat het belangrijkste is.  Toen Abdoellah Ibn ‘Abbaas (moge Allah tevreden met hem zijn) zei: ‘deze zwarte vrouw’, zei hij dit niet om naar haar ras te wijzen of haar op wat voor manier dan ook te kleineren. Inderdaad, zijn bedoeling was om de mensen, die in zijn nabijheid waren, een grote principe van de Islaam te onderwijzen, welke genoemd staat in de vers: ‘O mensen! We hebben jullie geschapen vanuit een man en een vrouw en Wij hebben jullie tot volkeren en stammen gemaakt opdat jullie elkaar zouden kennen, waarlijk de meest eerbaren bij Allah zijn diegene van jullie, die het meest godsvruchtig zijn.’ [49:13]. Hetzelfde principe wordt in de volgende hadith genoemd: ‘Allah kijkt niet naar jullie vorm (uiterlijk) en lichaam, maar Hij kijkt naar jullie harten (en jullie daden).’ [Moeslim]. Zij (de zwarte vrouw) was fysiek ziek, toch zocht ze genezing in de doe’a (smeekbede) van de boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem). 

Zij wist dat degene die heelt, Ash-Shaafee, Allah (Geprezen en Verheven is Hij) is en Allah (Geprezen en Verheven is Hij) zou de doe’a van Zijn boodschapper (Allah’s vrede en zegen zij met hem) beantwoorden. We concluderen hieruit dat doe’a alle ziektes kan genezen, of deze nu fysiek of mentaal zijn. Toen Al-H’aafidh Ibn H’adjar deze hadith uitlegde, zei hij: ‘De conclusie, die je uit deze hadith kan trekken, is dat de genezing van ziektes door middel van doe’a en het zich wenden tot Allah de meest succesvolle manier van helen is, maar dit kan niet bereikt worden, tenzij twee condities worden vervuld: pure intentie en oprecht vertrouwen in de effectiviteit van de doe’a en rechtschapenheid er tegenover en vertrouwen in Allah (Geprezen en Verheven is Hij). 

Het feit dat de profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei: ‘Als je wenst, wees dan geduldig en je zal het Paradijs binnen gaan’, is een bewijs van de verdienste en beloning van geduld tijdens ziekte. In een andere hadith zegt hij (Allah’s vrede en zegen zij met hem), ‘Wanneer een Moslim door ontbering getroffen wordt, zal hij ervoor worden vergeven, zelfs wanneer hij geprikt wordt door een doorn.’ [Moesliem].

In een andere hadith, tevens overgeleverd door Moesliem, vervloekte oem as-Sa’ib koorts, waarop de profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) tegen haar zei, ‘Vervloek koorts niet, want het neemt de zondes weg als een vuurzee de onzuiverheden van ijzer wegneemt.’ De zwarte vrouw koos voor het lijden in deze wereld, opdat ze de eeuwige beloning van het Paradijs zou verkrijgen. Ze leed door haar ziekte, toch haar pijn en ongemak hield haar niet af van het plezieren van Allah (Geprezen en Verheven is Hij)! En het maakt niet uit wie je bent, als jij je bevindt op het pad van Allah (Geprezen en Verheven is Hij), dan zul je ontberingen te verduren krijgen, want het Paradijs is omringd door ontberingen. Als alles makkelijk is en je leven is rooskleurig, dan moet je jezelf controleren en je afvragen: volgen we de ware Islaam? Vooral in deze westerse omgeving kan het moeilijk zijn voor een jonge vrouw om het gewaad van zedigheid, de h’idjaab, te dragen (ook al is het verplicht), niet met mannen te praten en bij ze uit de buurt te blijven (wat tevens verplicht is), met uitzondering van noodzaak. Dit alles kan voor sommige moeilijk zijn om in het begin voor elkaar te krijgen, maar wanneer iemand zichzelf overwint omwille van Allah (Geprezen en Verheven is Hij), dan worden alle andere obstakels ongefundeerd (d.w.z. makkelijk te overwinnen). Dus hoe overwin jij jezelf? Door Allah (Geprezen en Verheven is Hij) te kennen bij Zijn Namen en Eigenschappen; door te houden van Allah (Geprezen en Verheven is Hij) en Zijn boodschapper (Allah’s vrede en zegen zij met hem); en dan zal de hulp van Allah (Geprezen en Verheven is Hij) komen, insha-e Allah. Zij (de zwarte vrouw) was liever geduldig, maar kon het niet accepteren dat haar eer, haar zedigheid en haar kuisheid werden aangetast of zelfs aangeraakt, noch dat enig deel van haar lichaam onbedekt raakte, ook al had ze hier geen controle over. Waarlijk zij was een ware slavin en dienares van Allah (Geprezen en Verheven is Hij); zij was een gelovige, een moslima, een rechtschapen en vrome vrouw, een waarheidsgetrouwe vrouw, en ze was loyaal aan Allah (Geprezen en Verheven is Hij) en Zijn boodschapper (Allah’s vrede en zegen zij met hem). Niet alleen had ze deze ontzagwekkende kwaliteiten, ze was tevens een wijze en grote vrouw, zoals haar gedenkwaardige woorden aantonen: ‘…maar ik raak onbedekt, dus alstublieft roep Allah voor mij aan dat ik niet onbedekt raak.’

Als woorden in goud zouden moeten schrijven, dan zouden deze woorden in goud moeten worden geschreven…Gedenk deze simpele vergelijking: Imaan (geloof) + Lijden (ontberingen) + Geduld = het Paradijs.

Hier kan ook uit geconcludeerd worden dat de rechtschapen moslimvrouw er onuitgesproken van houdt om bedekt te zijn, houdt van zedigheid en kuisheid; en het haat om haar lichaam en schoonheid te tonen. De zwarte vrouw (moge Allah tevreden met haar zijn) kon het aan om heel erg ziek te zijn, maar kon het niet aan om onbedekt in de aanwezigheid van mensen te zijn. De kwestie, moet iedereen begrijpen, is niet die van zwart of wit, Arabisch of niet-Arabisch, rijk of arm, edel (door afkomst) of niet, het is een kwestie van geloofsovertuiging die zo diepgeworteld is in de harten van Moslims, zoals bloed stroomt door de aders en bloedvaten van mensen. Dat zijn degene die totaal toegewijd zijn aan Islaam. Veertien honderd jaar van geschiedenis toont aan dat de moslimvrouwen honger konden verdragen, armoede, ziekte; maar ze konden het niet verdragen om ongehoorzaam te zijn aan Allah (Geprezen en Verheven is Hij). De echtgenote zei tegen haar echtgenoot, toen hij op weg ging naar zijn werk: ’Vrees Allah voor ons, want we kunnen honger en dorst verdragen, maar we kunnen het Hellevuur niet verdragen [d.w.z. verkrijg je loon niet op onwettige wijze].’ 

Dierbare zuster, vraag jezelf eens af waarom Khadidja (moge Allah tevreden met haar zijn) begroet werd door Allah (Geprezen en Verheven is Hij) en door Djibreel (vrede zij met hem). Vraag jezelf af waarom Khadidja beloond werd met een Paleis in het Paradijs, die niemand zich kan voorstellen. Lees de biografie van Khadidja en anderen zoals haar (in grootheid), je zou eigenlijk moeten wensen om in hun dienst te mogen zijn; om hun schoenen te dragen, hun kleding te wassen, ze te dienen op iedere mogelijke wijze en doe’a van ze te krijgen. Het is triest dat we gewoonweg niet de grote persoonlijkheden van deze oemmah (gemeenschap) kennen.  Als we alleen er naar zouden streven om de levens van de rechtschapenen, die ons voorgingen te bestuderen, dan zouden we een immense leiding voor ons bestaan in ze vinden. Als we ze kennen en hun voorbeeld volgen dan zouden we aan het hoofd van de mensheid kunnen lopen… 

Het is gezegd, ‘Imaan (geloof) is er niet door hoop, maar eerder door wat er plaatsvindt in het hart en wordt bewezen door de daden.’ We laten het hierbij, zodat je hier over kan nadenken. bidt bij Allah (Geprezen en Verheven is Hij) om ons allemaal te laten behoren tot hen die in het Paradijs zullen verblijven en ons imaan (geloof) en geduld te geven die ons naar het Paradijs zal leiden. En de huidige moslim Oemmah te zegenen met veel vrouwen zoals de zwarte vrouw (moge Allah tevreden met haar zijn). Moge Allah (Geprezen en Verheven is Hij) ons helpen het rechte pad te volgen…


AL.ISLAAM.COM
Uw mobiele kennisbron over de Islaam

BESCHIKBAAR OP DE VOLGENDE APPARATEN