Bibliotheek

Verberg je zonden

Dr. Yusuf Al-Qaradawi Vertaald door ‘Aboe Abdoellaah
4897 keer gelezen

Verberg je zonden

Wij zijn bevolen om de sitr (bedekking) van Allah te zoeken en onze fouten niet openbaar te maken en indien we zonden begaan deze te verbergen 

Ondanks het feit dat de Islaam het toegestaan heeft om vrome daden, vooral de verplichte handelingen en zelfs de vrijwillige handelingen, kenbaar te maken met de intentie om een bepaald doel te bereiken (b.v. dat anderen het ook gaan doen), is het ons niet toegestaan om onze zonden kenbaar te maken. Wij worden in plaats hiervan bevolen om onze zonden ver van de mensen weg te houden. Dit wordt niet gedaan om te laten zien hoe vroom iemand is of om de lofprijzingen van mensen te zoeken, maar vanwege andere belangrijke redenen:

1. Wij zijn bevolen om de sitr (bedekking) van Allah (de Verhevene) te zoeken en onze fouten niet openbaar te maken en onze zonden niet te onthullen, in geval deze situatie zich voordoet. De profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei: “Vermijd deze zonden die Allah verboden heeft gemaakt; en degene die één van hen (d.w.z de zonden) heeft begaan, laat hem dan de (sitr) bedekking van Allah zoeken.” Al-Djaami’ As-Saghier van Al-Albaanie. Daarom vindt een ware gelovige het niet leuk wanneer hij zijn broeders in het geloof een fout ziet begaan, net zoals hij het niet leuk vindt dat hij zelf een zonde begaat. De profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei: “Geen van jullie zal een ware gelovige zijn, totdat hij wat hij voor zichzelf wenst ook voor zijn broeder wenst.” Overgeleverd door Al-Boekhaarie en anderen. Dit houdt in dat hij voor zijn broeder geen dingen moet wensen, waar hijzelf ook niet van gediend is.

2. Door zijn wangedrag niet bloot te stellen, worden de effecten van zijn zonden op het hart verminderd. Want hoe meer de persoon gewend raakt aan het begaan van zonden, hoe toegeeflijker hij wordt en hoe minder snel hij bezorgt raakt. De vrees dat de zonden van iemand in deze wereld worden onthuld, wordt gevolgd door de vrees dat ze in het Hiernamaals worden onthuld, wat erger is en zelfs meer vernederend. Om deze reden maken de rechtschapenen onder ons de doe’aa-e: “O Allah, zoals U onze zonden in dit leven hebt verborgen, verberg ze voor ons in het Hiernamaals, en onthul niet onze slechte daden wanneer wij voor U   staan op de Dag des Oordeels.” 

3. Om ervoor te zorgen dat anderen niet in de voetstappen van de zondaar treden, want wanneer het nieuws over de zonde eenmaal kenbaar wordt gemaakt, dan worden de zonden overal verspreidt en de mensen zullen het lef hebben om de zonden te begaan. Als iemand een zonde begaat, dan zou hij bij Allah (de Verhevene) om berouw moeten vragen, vergiffenis zoeken en het niet aan het publiek kenbaar maken; anders zullen de zonden zich verspreiden en als gevolg hiervan zullen er meer zonden begaan worden, want zonden zijn ‘besmettelijk’. Dus wanneer iemand een zonde begaat, dan zou hij dit voor zijn naaste familieleden, zoals zijn vrouw, kinderen of dienaren moeten verbergen, zodat zij niet in zijn voetstappen treden.

4. Om tot de groep mensen te behoren die Allah Zijn genade en vergiffenis heeft geschonken, en om niet tot de groep mensen te behoren die slechte daden hebben begaan en openlijk en met trots laten zien wat zij hebben begaan. Aboe Hoerayrah (moge Allah tevreden met hem zijn) leverde over dat hij de boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem) hoorde zeggen: “Alle zonden van mijn volgelingen zullen vergeven worden, behalve die van de moedjahiroen (zij die een zonde openlijk begaan of hun zonden aan mensen kenbaar maken). Bijvoorbeeld, een persoon begaat in de nacht een zonde, maar Allah maakt deze onzichtbaar voor het publiek. Hij komt in de ochtend en zegt, ‘O zo-en-zo, ik heb deze-en-deze (slechte) daad begaan.’ Hoewel Allah (de Verhevene) zijn zonde in de nacht had bedekt, heeft de persoon in de ochtend de sitr (bedekking) van Allah verwijderd.” Overgeleverd door Al-Boekhaarie en Moeslim.

5. Om tot de mensen te behoren die bekend staan om hun bescheidenheid en wiens onverwaande bescheidenheid hen weerhoudt om hun zonden te onthullen. Abdoellaah ibn ‘Oemar (moge Allah tevreden met hem zijn) verhaalt: “De boodschapper van Allah(Allah’s vrede en zegen zij met hem) passeerde een man van de Ansaar die zijn broeder waarschuwde ten aanzien van zijn verlegenheid. De boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem)  zei: ‘Laat hem met rust, want bescheidenheid is een onderdeel van Imaan.’” Overgeleverd door Al-Boekhaarie en Moeslim. Aboe Hoerayrah (moge Allah tevreden met hem zijn) leverde ook over dat de boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei: “Imaan heeft zestig of zeventig verschillende gradaties, de hoogste en de beste is om te verklaren dat er niemand waardig is om aanbeden te worden naast Allah, en de laagste is wanneer je iets schadelijks van de weg verwijdert. Ook bescheidenheid (schaamte) is een gradatie van het geloof.” Overgeleverd door Al-Boekhaarie en Moeslim.  Imraan ibn H’oesayn leverde ook over dat de boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei: “Bescheidenheid brengt niets anders dan het goede.” Overgeleverd door Al-Boekhaarie en Moeslim.

6. Om tot de mensen te behoren, waarover de rechschapenen getuigen (in positieve zin) ten aanzien van de puurheid van hun harten. Dit leidt er uiteindelijk toe dat zij het Paradijs zullen worden binnengelaten. Er wordt gezegd dat de mensen de getuigen van Allah op aarde zijn. Anas (moge Allah tevreden met hem zijn) leverde over: “Sommige metgezellen passeerden een begraafplaats en zij prezen hem (de overledene). De profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei: “Hij zal het waarlijk betreden.” Toen passeerden zij een andere begraafplaats en spraken slecht over de overledene. De profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei: “Hij zal het waarlijk betreden.” ‘Oemar ibnoe l-Khattaab (moge Allah tevreden met hem zijn)  zei: “(O boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem)) Wat bedoel je met: “Hij zal het waarlijk betreden?” Hij (Allah’s vrede en zegen zij met hem) antwoordde: “Jullie prezen de eerste persoon, dus hij zal het Paradijs betreden, en spraken slecht over de tweede persoon, dus hij zal de Hel betreden. Jullie zijn de getuigen van Allah op aarde.” Overgeleverd door Al-Boekhaarie en Moeslim. De profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) zei ook: “Er is geen moslim die sterft, terwijl vier van zijn dichtstbijzijnde buren getuigen dat zij niets anders dan goedheid over hem weten en Allah zal (tegen hen) zeggen, ‘Ik heb datgene geaccepteerd wat jullie over hem weten, en Ik heb hem datgene vergeven waarover jullie niets weten.’”

7. Om geen object van lasterpraat te worden, omdat anderen ook een zonde begaan vanwege hun lasterpraat. Zij kunnen ook zover gaan dat zij dingen gaan zeggen die niet op de waarheid berusten en die hij niet heeft begaan of hem te veel bekritiseren in verhouding tot zijn zonde, wat altijd het geval is in zo’n situatie. Een ware gelovige die een zonde begaat, vindt het niet prettig dat hij de oorzaak is van andermans zonde. Het kwaad dat hij heeft verricht zou voor hem moeten volstaan. 

8. Om geen pijn te voelen, indien mensen hem bekritiseren wanneer zij van zijn zonden op de hoogte zijn. Waarlijk, kritiek veroorzaakt pijn in het hart - in feite is dit een aangeboren karaktereigenschap - net zoals slaan pijn op het lichaam veroorzaakt. Wanneer deze pijn scherp en continu aanwezig is, dan kan het iemand verhinderen om ontzag en nederigheid in zijn daden van aanbidding te hebben, het uiteindelijke resultaat van spanningen en emotionele opruiingen. Een moslim zou daarom alles moeten vermijden wat kan lijden tot pijn in zijn hart en lichaam. Het beste wat men in zulke situaties kan doen is om niet op te letten op hen die jou lofprijzen of bekritiseren, want Allah (de Verhevene) is de Oordeler over alle kwesties. Hij alleen kan kwaad en goed doen, en de hele mensheid is ondergeschikt aan Zijn Wil.

9. Om niet onderhevig te zijn aan een vorm van kwaad, nadat zijn zonden onthuld zijn. Dit is in feite erger dan kritiek. Dus, de moslim moet al datgene vermijden wat hem schade kan berokkenen door daden achterwege te laten die hier naartoe kunnen leiden. 

“Wij Moslims” jaargang 4, nr. 2 


AL.ISLAAM.COM
Uw mobiele kennisbron over de Islaam

BESCHIKBAAR OP DE VOLGENDE APPARATEN