Bibliotheek

Ramadhaan, is het moment om anderen tot Allah uit te nodigen

Door Sheikh Mohammed Al-H’amad vertaald door Oem Mohammed
891 keer gelezen

Ramadhaan, is het moment om anderen tot Allah uit te nodigen

We prijzen Allah dat Hij ons geleid heeft naar het pad van verlossing. We vragen Zijn hulp in het verheffen van het woord en het oproepen naar het goede.

Da’wah – het oproepen/uitnodigen van mensen tot Allah –  is één van de meest krachtige en belangrijke verplichtingen in de Islaam. Het is één van de grootste vormen van aanbidding waardoor men dichter bij Allah (de Verhevene) komt. 

De maand Ramadhaan is een ideale mogelijkheid voor ons om deel te nemen aan deze nobele activiteit, vooral met onze medemoslims. De harten van de mensen zijn in de Ramadhaan nederiger omdat zij zich bewuster zijn van het gedenken van Allah (de Verhevene) gedurende deze maand. Ze zijn gevoeliger voor vermaning en meer geneigd tot berouw.

Er zijn verschillende manieren om deel te nemen aan het oproepen van de mensen tot Allah (de Verhevene) gedurende deze gezegende maand. Da’wah bevat het verheffen van de Islaam, het bevorderen en het dichter bij de mensen brengen. 

Het bevat eveneens het verdrijven van alle negatieve invloeden en valse denkbeelden die de harten van de mensen van de waarheid doen afkeren. 

De activiteit van het oproepen tot Allah (de Verhevene) omhelst elk woord, elke daad, elke streep van de pen en elk verbruik van inspanning of rijkdom die de religie dient en in overeenstemming is met de wijsheid van de Islaam. Er bestaat geen twijfel dat kennis de kern is van het oproepen tot Allah (de Verhevene). Kennis is het fundament ervan, haar leiding en haar grootste voordeel. 

Echter, Da’wah vereist ook inspanning tezamen met die kennis. Iedereen moet naar zijn eigen vermogen en kracht werken. 

Mijn geachte broeders en zusters die het vasten naleven, de heilige teksten zijn tot ons gekomen en ze bevelen ons om mensen op te roepen naar Allah (de Verhevene). De Qor-aan verheerlijkt de eerbare status van deze activiteit en waarschuwt ons tegen laksheid. De teksten spreken van de geweldige verdiensten van Da’wah en de grote beloning die bewaard is voor degenen die hieraan deelnemen. Allah (de Verhevene) beveelt ons op verschillende manieren. Hij beveelt ons om de mensen op te roepen door te zeggen: "Nodig uit tot de Weg van jouw Heer, met wijsheid en goed onderricht..." Soerat An-Nah'l (16), aayah 125.

En Allah de Verhevene zegt ook: "Het is mij bevolen om alleen Allah te aanbidden en ik ken Hem geen deelgenoten toe. Alleen Hem roep ik aan, en tot Hem is mijn terugkeer." Soerat Ar-Ra'd (13), aayah 36.

Allah (de Verhevene) beveelt ons op dezelfde wijze om aan te sporen tot het goede en het slechte te verbieden, Hij zegt: "Jullie zijn de beste gemeenschap die uit de mensen is voortgebracht, (zolang) jullie tot het goede oproepen en jullie het verwerpelijke verbieden en jullie in Allah geloven…" Soerat Aal 'Imraan (3), aayah 110.

Allah de Verhevene beveelt ons om de boodschap te verkondigen: "O boodschapper! Verkondig wat jou van jouw Heer neergezonden is." Soerat Al-Maa-iedah (5), aayah 67.

Hij beveelt ons om deze activiteit met elkaar uit te voeren: "...en elkaar aansporen tot de Waarheid en elkaar aansporen tot geduld." Soerat Al-'Asr (103), aayah 3.

Ons is bevolen waarschuwingen te geven: "En waarschuw jouw naaste familieleden." Soerat Ash-Shoe'araa-e (26), aayah 214.

En blijde tijdingen (goed nieuws) te geven: "En verkondig een verheugende tijding aan de gelovigen." Soerat At-Tawbah (9), aayah 112.

Wat de verdiensten en voordelen van het oproepen tot Allah (de Verhevene) betreft, deze zijn in verschillende Verzen van de Qor-aan vermeld en in ontelbare Ah'aadith van de profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem). 

Voorop staat dat het oproepen tot Allah (de Verhevene) een daad van aanbidding en gehoorzaamheid is. Het is iets dat onze Heer tevreden maakt. Het is tevens iets dat ons veilig houdt van Zijn ontevredenheid en van de bestraffing. Deze nobele daad is een middel van kracht voor de religie van Allah (de Verhevene). Door deze daad uit te voeren volgen wij de voetstappen van Zijn profeten en boodschappers. Het is een daad die verafschuwd wordt door de vijanden van de Islaam. Het biedt verlichting voor de slachtoffers van onwetendheid en bijgeloof, en het opent de boeien van blinde gebruiken.

Het oproepen tot Allah (de Verhevene) betekent het vermenigvuldigen van de positieve effecten van onze goede daden, zowel in dit leven als in het Hiernamaals. Het is een middel om de Genade van Allah op ons te doen neerdalen en de schade te verwijderen.

Het beste van onze spraak is een woord dat geuit wordt om uit te nodigen tot Allah (de Verhevene). Allah de Verhevene zegt: "En wiens woord is beter dan dat van hem die oproept tot Allah en die goede werken verricht, en die zegt: ‘Voorwaar, ik behoor tot de moslims.’" Soerat Foesilat (41), aayah 33.

De beloning van het leiden van één persoon is beter dan de wereld en alles wat erin bevindt. Het oproepen tot Allah (de Verhevene) is de zorg van de meest meedogende van de mensen, degenen die de reinste harten hebben. Zij zijn de erfgenamen van de profeten (vrede zij met hen).

Mijn geachte broeders en zusters die het vasten naleven, er zijn kwaliteiten die iedereen die deel wenst te nemen aan het oproepen van anderen tot Allah, in zichzelf dient te kweken. Het zijn: kennis, handelen naar de kennis, oprechtheid, geduld, vriendelijkheid, goede manieren, vrijgevigheid, onbaatzuchtigheid, nederigheid, wijsheid, genade en bezorgdheid voor het bereiken van eenheid op de waarheid.

Er zijn andere kwaliteiten waarmee de oproeper tot Allah (de Verhevene) zijn optreden kan verfraaien. Het zijn: vergevensgezindheid, het beantwoorden van het kwade met het goede, vertrouwen in Allah (de Verhevene), verzekerd zijn van Allah's hulp, voldoening met zelfs de geringste vooruitgang, en streven naar het uiterste goede. Ook dient een Daa’iyah (iemand die zich bezighoudt met Da’wah) jaloezie, gehaastheid en strijd om wereldlijk gewin te vermijden.

Tot de etiquette van het oproepen van anderen tot Allah (de Verhevene) behoort het dat men altijd beleefd moet zijn in de benadering, bezorgd om de leiding van anderen, het gevoel van verantwoordelijkheid kennen. Er dient een sterke en hechte band te zijn tussen de Daa’iyah en Zijn Heer. De Daa’iyah dient continu bezig te zijn met het gedenken van Allah (de Verhevene), smeekbeden en alle andere daden van toewijding. Hij dient er altijd verzekerd van te zijn dat hij een goed voorbeeld laat zien aan anderen en hij dient gebruik te maken van elke mogelijkheid om mensen op te roepen naar de Waarheid. Hij dient nooit enige goede inspanning te kleineren, hoe klein dit ook mag zijn/lijken.

Tot de etiquette van Da’wah behoort ook het omgaan met mensen op hun eigen niveau. We dienen bezorgdheid te tonen in hun problemen en hen proberen te helpen, terwijl we hen nooit belasten met onszelf. We dienen gevoelig te zijn voor de ontvankelijkheid van degenen die we oproepen, en we dienen hun omstandigheden te begrijpen.

Wanneer we de mensen oproepen tot Allah (de Verhevene) dienen we discussie te vermijden, behalve onder beperkte grenzen, en we dienen dit vervolgens op de best mogelijke manier te doen. We dienen een goede relatie met mensen tot stand te brengen, hen aan te moedigen om goed gezelschap te houden en wijsheid te gebruiken om hen van slecht gezelschap af te houden.

We dienen de persoon die we oproepen te leren kennen. Het is belangrijk dat men zijn naam kent, en interesse toont in hem als persoon zijnde en hem het gevoel geeft dat hij belangrijk is. Het is eveneens belangrijk dat we hem laten deelnemen aan activiteiten die hem van voordeel zullen zijn. We dienen echter wel te beginnen met het belangrijkste en onze prioriteiten in de gaten te houden, en we dienen er nooit naar te streven om onszelf te promoten.

We dienen verschillende benaderingen in ons werk te gebruiken. Soms zouden we mooie preken kunnen gebruiken, dan weer zouden we geschenken kunnen geven, en in sommige gevallen is een indirecte benadering het meest effectief.

Mijn geachte broeders en zusters die het vasten naleven, dit is wat het betekent om anderen tot de Islaam uit te nodigen. Dit zijn haar verdiensten, haar kwaliteiten en haar etiquette. Haast je om uitnodiger tot Allah (een Daa’iyah) te worden in deze nobele maand Ramadhaan. Een ieder van ons kan dit op zijn of haar eigen manier doen. De ene kan de kennis die hij heeft aan anderen bijbrengen, de ander kan wat van zijn rijkdom spenderen, zijn reputatie gebruiken, of hard werk verrichten. Op deze manier kunnen we alle wijzen van goedheid realiseren en onszelf de slechte consequenties besparen van het verwaarlozen van deze verantwoordelijkheid. 

In deze maand van Ramadhaan, roep ik de student van Islamitische kennis op en ik wijs hem op de gouden kans die je nu meteen hebt om anderen op te roepen tot Allah (de Verhevene). De harten van de mensen zijn het meest openstaand en het meest ontvankelijk voor wat een persoon van kennis kan bieden. Als student en scholier dien je daarom jouw verantwoordelijkheid tegenover anderen nog intenser gedurende deze maand te voelen, en elke inspanning te besteden aan het uitdragen van jouw verantwoordelijkheden. Laat geen ruimte voor excuses of tekortkomingen.

Ook nodig ik degenen uit die Allah (de Verhevene) gezegend heeft met uitvoerige middelen. Je kunt jouw rijkdom een positief effect geven door Da’wah en de doe’aat (meervoud van Daa’iyah) te ondersteunen in hun werk, hen voor te bereiden, en boeken te publiceren die de mensen van nut zullen zijn. Dit alles komt onder het vaandel van Da’wah. Wil je niet gerekend worden tot degenen die anderen oproepen tot Allah?

Ik roep de invloedrijke personen op. Oefen jullie invloed en goede reputaties uit in het vergemakkelijken van de inspanningen van het uitnodigen van mensen tot Allah (de Verhevene). Ik roep degenen op die in de media werken. Gebruik jouw positie om goedheid te promoten en om deel te nemen in het uitnodigen tot Allah (de Verhevene) met een goed woord. Je kunt de waarheid wijd en zijd verspreiden en deelnemen aan alle omvangrijke beloningen die dit bevat.

Ik roep degenen op die kennis hebben van het internet om het te gebruiken als een middel tot het uitnodigen van mensen tot goedheid gedurende deze veelbelovende maand. Je hebt de mogelijkheid om met de geringste inspanning en moeite de waarheid en goedheid wereldwijd te verspreiden. Je spreekt tegen de wereld terwijl je in je comfortabele huis zit.

Ik roep alle moslims op, man of vrouw, om deel te nemen aan het oproepen tot Allah (de Verhevene). We dienen al het goede te doen wat we kunnen in deze maand van Ramadhaan. We moeten advies geven aan degenen die achteloos zijn. We dienen degenen onder ons die vergeten zijn te herinneren, en we dienen de onwetenden te onderwijzen.

"En wiens woord is beter dan dat van hem die oproept tot Allah en die goede werken verricht, en die zegt: ‘Voorwaar, ik behoor tot de moslims.’ Soerat Foesilat (41), aayah 33.

Maandblad Wij Moslims, Jaargang 5, nr. 10


AL.ISLAAM.COM
Uw mobiele kennisbron over de Islaam

BESCHIKBAAR OP DE VOLGENDE APPARATEN