Bibliotheek

. Voorwaarden van de getuigenis

Er zijn zeven voorwaarden voor de Geloofsgetuigenis in Allah, bekend als “La-ilaha illa-llah”; er is geen godheid naast Allah:

1. Kennis van haar betekenis met zowel de verwerpende als ook de bevestigende aspecten.

2. Zekerheid met volledige kennis, welke alle twijfels en achterdocht over de getuigenis opheft.  

3. Oprechtheid en zuiverheid van intentie, in tegenstelling tot shirk.

4. Waarheidsliefde die de leugens opheft en schijnheiligheid verbiedt.

5. Liefde voor en toewijding aan de Geloofsgetuigenis en haar vereisten en dit doen met verheuging.

6. Onderwerping aan haar vereisten, waarbij verplichte godsdienstige handelingen horen, die opgedragen moeten worden aan Allah alleen en Zijn welbehagen zoeken.

7. Aanname van de Geloofsgetuigenis, in tegenstelling tot verwerping of ontkenning ervan.

Bewijzen van deze voorwaarden uit het Boek van Allah de Verhevene en uit de Soennah van de boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem):

 

  • Bewijs van kennis:

 

Allah de Almachtige heeft gezegd: “Weet dat er geen god is dan Allah…” Soerat Moeh’ammad (47), aayah 19. En Allah heeft ook gezegd: “…Behalve wie van de Waarheid getuigen terwijl zij kennis hebben.” Soerat Az-zoekhroef (43), aayah 86. Zij weten met hun harten wat ze uitspreken met hun lippen. 

En uit de Soennah: de authentieke hadieth die door ‘Oethman (moge Allah tevreden met hem zijn) overgeleverd is, hij zei: “De boodschapper (Allah’s vrede en zegen zij met hem) heeft gezegd: “Degene die gestorven is en hij weet dat er geen god is naast Allah, zal het Paradijs betreden.” Overgeleverd door Boekhaarie.

 

  • Bewijs van zekerheid (van geloof):

 

Allah heeft gezegd: “Voorwaar, de gelovigen zijn slechts degenen die in Allah en Zijn boodschapper geloven, die vervolgens niet twijfelen en die met hun bezittingen en hun levens strijden op de weg van Allah. Zij zijn de waarachtigen.” Soerat Al-h’oedjoeraat (49), aayah 15. De voorwaarde van hun geloof in Allah en Zijn boodschapper (Allah’s vrede en zegen zij met hem) is dat zij niet twijfelen of argwaan koesteren. Wat de mensen met twijfel betreft, zij zijn de hypocrieten.

En uit de Soennah: de overlevering die door Aboe Hoerayra (moge Allah tevreden met hem zijn) overgeleverd is, hij zei: “De boodschapper (Allah’s vrede en zegen zij met hem) heeft gezegd: “Ik getuig dat er geen god is naast Allah en dat ik Allah’s boodschapper ben. Elke dienaar die Allah ontmoet met deze getuigenis, zonder er enige twijfel in te hebben, zal zeker het Paradijs (Al-djannah) betreden.” Overgeleverd door Boekhaarie. In een andere versie van deze overlevering staat: “Elke dienaar die Allah ontmoet met deze getuigenis, zonder er twijfel in te hebben, zal niet weggehouden worden van het Paradijs.” 

In een h’adieth die ook door Aboe Hoerayrah (moge Allah tevreden met hem zijn) overgeleverd is, in een deel van een lange h’adieth: “Degene die je achter deze muur ontmoet die getuigt dat er geen god is naast Allah, er in gelovend met zijn hart; geef hem het blijde nieuws van het Paradijs.”

 

  • Bewijs van oprechtheid:

 

Allah de Verhevene zegt: “Weet dat Allah de zuivere aanbidding toekomt…” Soerat Az-zoemar (39), aayah 3. En Hij zegt ook: “En zij werden niets anders bevolen dan Allah met zuivere aanbidding te aanbidden, als Hoenafaa-e (volgers van het zuivere monotheïsme) …” Soerat Al-bayyienah (98), aayah 5.

En uit de Soennah: in een authentieke h’adieth, die overgeleverd is door Aboe Hoerayrah (moge Allah tevreden met hem zijn), die zei: “De profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) heeft gezegd: “De gelukkigste persoon die mijn voorspraak zal hebben (op de Dag des Oordeels) zal degene zijn die heeft gezegd: “La ilaha illa-llah”, oprecht uit zijn hart of zijn ziel.” Overgeleverd door Boekhaarie. Tevens wordt er overgeleverd in de authentiek verzameling van Boekhaarie, van ‘Oetbaan ibn Maalik (moge Allah tevreden met hem zijn) dat de profeet Mohammed (Allah’s vrede en zegen zij met hem) heeft gezegd: “Waarlijk, Allah heeft het Vuur verboden voor degene die: “La ilaha illa-llah” heeft gezegd en daarmee het welbehagen van Allah de Majesteitelijke zoekt.” 

An-Nasaa-ie heeft in zijn boek, getiteld “Al Yawm wal-Laylah” (“de dag en de nacht”) een H’adieth verzamelt van twee metgezellen, die vertelden dat de profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) heeft gezegd: “Degene die “Laa ielaaha iella-llaah wah’dahoe laa sharieka, lahoe lahoe l-moelkoe, wa lahoe l-h’amdoe, wa hoewa ‘ala koellie shay-in qadier“ (= er is geen god naast Allah, Hij is De Enige, zonder deelgenoten. Aan Hem is het koninkrijk en aan Hem behoort alle lof en Hij is Almachtig over alle zaken), oprecht met zijn hart gelooft en getuigt met zijn tong; Allah zal de hemel voor deze verklaring openrukken en naar de spreker onder de inwoners van de aarde kijken. En een dienaar die door Allah wordt gezien, heeft het recht dat hem gegeven zal worden waar hij om vraagt.”  

  • Bewijs van getrouwheid:

Allah de Verhevene zegt: “Alief Laam Miem. Dachten de mensen dat zij met rust gelaten worden, als zij zeggen: “Wij geloven”, en dat zij niet op de proef gesteld worden? En voorzeker, Wij hebben degenen voor hen op de proef gesteld. Allah kent zeker degenen die oprecht spreken en Hij kent zeker de leugenaars.” Soerat Al-Baqarah (2), aayah 8-10. En Hij zegt ook: “En er zijn er onder de mensen die zeggen: “Wij geloven in Allah en in de Laatste Dag”, terwijl zij geen gelovigen zijn. Zij trachten Allah en degenen die geloven te bedriegen, maar zij bedriegen niemand dan zichzelf, terwijl zij het niet beseffen. In hun hart is een ziekte (van twijfel en huichelarij) en Allah heeft deze ziekte doen vermeerderen, en voor hen is er een pijnlijke bestraffing vanwege wat zij plachten te loochenen.” Soerat Al-‘Ankaboet (29), aayah 2-3.

Uit de Soennah: Moe’aadh ibn Djabal (moge Allah tevreden met hem zijn) heeft overgeleverd dat de profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) heeft gezegd: “Er is niemand die oprecht uit zijn hart getuigt dat er geen god is naast Allah en dat Mohammed Zijn dienaar en boodschapper is (“La ilaha illa-llah wa anna Moeh’ammadan ‘abdoehoe wa rasoeloehoe”), of Allah zal voor hem het Vuur verbieden.” Overgeleverd door Boekhaarie en Moeslim.

  • Bewijs van liefde:

Allah de Verhevene heeft gezegd: “En er zijn er onder de mensen die naast Allah deelgenoten toekennen, die zij liefhebben met de liefde als (die) voor Allah, maar degenen die geloven zijn sterker in liefde voor Allah…” Soerat Al-Baqarah (2), aayah 165. En Hij heeft ook gezegd: “O jullie die geloven!  Wie van jullie zijn godsdienst afvallig is: Allah zal een volk nemen waar Hij van houdt en dat van Hem houdt, dat zachtmoedig is tegenover de gelovigen en streng tegenover de ongelovigen, dat streeft op de weg van Allah en zij zijn niet bang voor degenen die verwijten maken.” Soerat Al-Maa-iedah (5), aayah 54.

En uit de Soennah: wat overgeleverd is in de authentieke overlevering die overgeleverd is door Anas (moge Allah tevreden met hem zijn), die heeft gezegd: “De boodschapper van Allah (Allah’s vrede en zegen zij met hem) heeft gezegd: “Degene die de volgende drie eigenschappen bezit, heeft de zoetheid van el-Imaan (het geloof): dat Allah en Zijn boodschapper geliefder voor hem zijn dan wat dan ook; dat hij alleen van een persoon houdt omwille van Allah en dat hij het haat terug te keren naar het ongeloof nadat Allah hem daaruit heeft weggeleid, zoals hij haat in het vuur te worden geworpen.”

  • Bewijs van overgave:

Wat aangegeven wordt door Allah de Verhevene in Soerat Az-Zoemar (39), aayah 54: “En keert terug tot jullie Heer, en geeft jullie over aan Hem…” En Hij heeft ook gezegd: “En wie is er beter in godsdienst dan degene die zich volledig aan Allah overgeeft en weldoet…” Soerat An-Nisaa-e (4), aayah 125. Hij de Verhevene heeft ook gezegd: “En wie zich geheel aan Allah overgeeft, terwijl hij een weldoener is: waarlijk, die heeft het stevige houvast gegrepen…” Soerat Loeqmaan (31), aayah 22. En Hij heeft tevens gezegd: “Bij jouw Heer; zij geloven niet totdat zij jou (O Mohammed) laten oordelen over waar zij over van mening verschillen en dan in zichzelf geen weerstand vinden tegen wat jij oordeelde, en zij aanvaarden (het dan) volledig.” Soerat An-Nisaa-e (4), aayah 65.

En uit de Soennah, dat de profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem) heeft gezegd: “Niemand van jullie gelooft totdat zijn verlangen instemmen met waarmee ik ben gekomen.” Dit is inderdaad de volmaakte overgave en haar doel.

Bewijs van aanname:

Allah de Verhevene heeft gezegd: “En zo zonden Wij voor jou geen waarschuwer naar een stad, of de bewoners ervan, die in weelde leefden, zeiden: “Voorwaar, wij troffen onze voorvaderen aan in een godsdienst. En voorwaar, Wij volgen in hun voetsporen (godsdienst).” Hij (de boodschapper) zei: “Ook als ik jullie een rechtere Leiding heb gebracht dan wat jullie bij jullie voorvaderen hebben aangetroffen?” Zij zeiden: “Voorwaar, wij verwerpen dat waar jullie mee gezonden zijn.” Toen vergolden Wij hen, en zie wat het einde was van de leugenaars.” Soerat Az-Zoekhroef (43), aayah 23-25. En Hij heeft ook gezegd: “Voorwaar, toen er tot hen gezegd werd: “Er is geen god dan Allah”, toen waren zij hoogmoedig. En zij zeggen: “Zullen wij dan onze goden achterlaten vanwege een bezeten dichter?” Soerat As-Saaffaat (37), aayah 35-36.

En uit de Soennah, waarin overgeleverd is in de authentieke verzameling van Boekhaarie wat Aboe Moesa (moge Allah tevreden met hem zijn) overgeleverd heeft van de profeet (Allah’s vrede en zegen zij met hem), die gezegd heeft: “Het voorbeeld van de leiding en de kennis waarmee Allah mij heeft gezonden is als overvloedige regen die neerkomt op aarde. Een deel daarvan was vruchtbare aarde dat het water vasthield en vegetatie en gras in overvloed voortbracht. (En) een ander deel ervan was hard en het hield het regenwater vast en Allah begunstigde de mensen ermee, en zij gebruikten het om te drinken en voor irrigatie voor landbouw. (En) een deel ervan was onvruchtbaar, welke noch het water vast kon houden, noch vegetatie voort kon brengen. Het eerste (geval) is als degene die de religie van Allah begrijpt en voordeel verkrijgt uit wat Allah door mij heeft geopenbaard en leert en het dan onderwijst aan anderen. Het laatste (voorbeeld) is als een persoon die de leiding van Allah waarmee ik ben gezonden, niet aanneemt (hij is als dat onvruchtbare land).”


AL.ISLAAM.COM
Uw mobiele kennisbron over de Islaam

BESCHIKBAAR OP DE VOLGENDE APPARATEN